Groenten, fruit en kruiden op een tafel

Eat real food – Eet echt en eerlijk voedsel

Als bezieler van GEZONDHEID-WIJZER hou ik ervan mensen wegen te wijzen naar het behoud, verbeteren en verwerven van gezondheid. Grote items, zoals we leerden van de Blue Zones, zijn daarin beweging, voeding, verbinding met dierbaren en een levensdoel. Vandaag neem ik je mee in het verhaal van ‘gezonde voeding’. 

Voedingstips vanuit de Blue Zones

Vanuit de originele Blue Zones – vijf gebieden in de wereld waar verrassend veel eeuwelingen leven – krijgen we drie voedingstips mee:

  • 80% rule – Eet tot je maar voor 80% vol zit. Op die manier krijg je steevast 20% minder calorieën binnen.
  • Plant Slant – Wees matig met dierlijk voedsel, neem vooral plantaardig voedsel tot je.
  • Wine at 5 – Geniet op het eind van de dag van een glaasje wijn, en zeker al als je dat met vrienden samen doet.

Zoals je ziet, zijn de voedingstip uit de Blue Zones niet van de strengste. Geen sprake van diëten of van bepaalde voeding helemaal niet meer te mogen eten. Wat in deze voedingstips niet aan bod komt, maar eigenlijk gewoon in het concept ‘Blue Zone’ mee inbegrepen is, is dat deze mensen lokaal en seizoensgebonden voedsel eten … én dat ze echt en eerlijk voedsel eten. Van zodra ‘fabrieksvoedsel’ zijn intrede doet in deze gebieden, is het ook daar met die goede gezondheid afgelopen. In meeste van die Blue Zones zijn de jongeren veel minder gezond dan de oude bevolkingsgroep. Jongeren laten immers vaak de oude tradities achterwege en laten zich verleiden tot fastfood en frisdranken. De resultaten daarvan laten zich duidelijk merken: klassieke Westerse welvaartsziekten doen ook in de Blue Zones hun intrede.

Eet echt en eerlijk voedsel

Als het gaat om voedingskeuzes die onze gezondheid bevorderen, dan is ‘Eat real food’ of ‘Eet echt en eerlijk voedsel’ wellicht de allerbelangrijkste keuze. Als wij van nu af aan alleen onbewerkt voedsel zouden kopen en dat zelf tot maaltijden zouden bereiden in de eigen keuken, dan kan het met onze gezondheid eigenlijk niet fout lopen. Dan eten we:

  • vers fruit en verse groenten
  • kruiden uit de eigen tuin of uit een plantenbak op het terras
  • onbewerkt vlees, onbewerkte vis
  • eieren
  • bonen, linzen
  • granen die we koken of zelf malen en daarvan dan ons broodje bakken
  • pitten, zaden en noten
  • zuivel van bij boer

Jammer genoeg leert men het vanuit de klassieke dieetleer nog steeds anders. Daar kiest men voor light producten, voor margarine, voor frisdranken zonder suiker, voor magere vleeswaren of dieetsmeerkaas. En wij, we worden dikker, krijgen vaker diabetes of hart- en vaatziekten, en ja, ook kanker. In al die soorten ‘fabrieksvoedsel’ zitten vele toevoegingen waar ons lichaam niks van begrijpt. We ervaren het niet eens als voedsel, eerder als toxisch afval. 

Toen één van de docenten van De Levensschool – de school waar ik studeerde voor Gezondheidsbegeleider – op vraag van een huisarts een vorming ging geven over ‘gezonde en ongezonde vetten’, had die huisarts in het tuinhuis een pakje boter neergelegd naast een vlootje margarine. Na een tweetal weken was de boter helemaal opgegeten. De margarine was onaangeroerd. Dieren weten: ‘Dit is niet eetbaar, dit is geen voedsel!’ Wij, mensen, zijn die wijsheid kwijt.

Hield ik in mijn vorige blog een pleidooi om in de lente op de een of andere manier een ‘grote schoonmaakbeurt in het lichaam te houden’, dan houd ik nu een pleidooi om het hele jaar door aandacht te geven aan wat je al dan niet eet. Wie echt en eerlijk voedsel eet, hoeft veel minder op te ruimen. 

De grote vraag: ‘Hoe doe je dat?’

Inderdaad, dat is dé vraag die we ons nog stellen moeten. Het is een keuze die al bij de aankoop van je voedsel begint. Als je het meeste haalt in de versafdelingen en daar kiest voor de minst bewerkte voeding, ben je al een heel eind op weg. Vermijd bijvoorbeeld fijne vleeswaren, chapelurevlees of -vis, allerlei kant en klare slaatjes. Koop je voedsel dat verpakt is, lees dan de ingrediëntenlijst. Bestaat die uit meer dan vijf ingrediënten of staan er onbegrijpelijke namen op, dan weet je dat je dat soort voedsel beter laat liggen. 

Een tweede keuze is die om weer tijd in je keuken door te brengen. Wat je zelf kookt is doorgaans veel gezonder en ook lekkerder dan welke kant-en-klare maaltijd ook. Zelf heb ik geleerd om voor doordeweeks op zoek te gaan naar gerechten die niet al te veel bereidingstijd vragen. Ook maak ik geregeld grotere porties klaar, waarvan ik er dan een deel van invries. Op die manier heb ik ook vlug een maaltijd klaar als ik weinig tijd heb of laat thuis kom. Ik merk dat mijn maaltijden eenvoudig zijn, maar wel lekker en voedzaam. De kleine hongertjes blijven makkelijk achterwege. 

Als ik jullie die deze blog lezen één iets toewens, dan is het wel dit: dat je mag ontdekken dat het te doen is. Tijd besteed aan gezonde maaltijden is wel besteed. Geld besteed aan eerlijk voedsel betaalt zich op langere termijn terug aan vermindering van ziektekosten. Probeer het uit, zou ik zeggen, en leer weer genieten van de pure smaak van echt en eerlijk voedsel.

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in. 

 

 

Een stukje strand vol afval

Opgepast: Mensenvlees is niet eetbaar!

De docent van het vak ‘Zuiveringskuren’ begon zijn lessenreeks met de volgende woorden: ‘Voor de kannibalen onder ons heb ik slecht nieuws. Mensenvlees is niet eetbaar!’ En vervolgens toonde hij een beeld van allerlei soorten toxische stoffen die wij met de regelmaat van de klok naar binnen krijgen. Het gaat om toevoegingen aan ons voedsel, om vervuilende stoffen in aarde, lucht en water, om toxische elementen in verzorgingsproducten, om hormoonverstoorders in de vele soorten plastic waarin ons voedsel verpakt zit, om chemische stoffen in bouwmaterialen, verven, onderhoudsproducten, … De lijst van toxische stoffen die vroeg of laat in ons lichaam terecht komen is oneindig. Zelfs een foetus is er niet vrij van.

Om die toxische stoffen het lichaam uit te krijgen, maken we gebruik van vasten, van een zuiveringskuur.

Over vasten

Veel religieuze strekkingen kennen de een of andere vorm van vasten. In het Christendom valt traditioneel die periode van vasten in het voorjaar. Dat is bij ons, in het noordelijk halfrond, ook helemaal niet zo raar. Het voorjaar is traditioneel de tijd waarin veel minder voedsel beschikbaar is. Nee, wij voelen dat niet meer. Wij vinden het jaar rond zowat elk voedingsmiddel in onze grootwarenhuizen. Tomaten of aardbeien in de winter? Geen probleem, we halen ze wel uit het zuiden. Appels of peren in de late lente? Evenmin een probleem, we hebben methodes om ze het jaar rond te bewaren. Wij kennen geen seizoenen meer, er is altijd overvloed. 

Dat laatste is een probleem, daar is ons lichaam niet op aangepast. Ons lichaam kan veel beter overweg met af en toe wat ‘moeten minderen’ dan met de voortdurende overvloed waarin wij leven. Gevolgen van die overvloed zijn onze Westerse welvaartsziekten: obesitas, diabetes type 2, chronische hoofdpijn, spierpijnen, gewrichtsklachten, hart- en vaatziekten en nog zoveel andere ziektes meer. Af en toe een vastenperiode inbouwen, geeft ons lichaam de kans zich te ontdoen van alles wat overtollig is. In een vastenperiode eet het lichaam als het ware alles op wat niet meer nodig is: vet uit onze vetcellen, plaques van cholesterol en calcium uit onze bloedvaten, alles wat in de lever opgestapeld ligt, mineralen die zich als kleine kristalletjes in onze gewrichten hebben vast geankerd en zelfs kleine tumoren. 

Willen we dus lang gezond blijven of opnieuw gezond worden, dan is het inbouwen van een of andere vorm van vasten een van de belangrijkste tools. Dat kan door dagelijks minder te eten: minder eetmomenten per dag, af en toe een maaltijd overslaan, eten tot je maar voor 80% vol zit, intermittend fasten (en dus de tijd van niet eten langer maken door ofwel het ontbijt ofwel het avondmaal over te slaan). Dat kan ook door regelmatig een periode van sterke matiging in te lassen. 

Over een zuiveringskuur

Zuiveringskuren bestaan er in vele maten en gewichten: een echte vasten waarbij je een tijd lang alleen water of kruidenthee drinkt, een sapkuur, een Mayrkuur, een fruit- en groentekuur, een suikerdetox, Café Minérale (en dus een maand lang geen alcohol), … Elk van deze ‘kuren’ heeft een positief effect op de gezondheid. Ze halen niet alleen overtolligheden weg, ze maken ook energie vrij voor een grote schoonmaak.

Voor wie aan een zuiveringskuur denkt, heb ik een gouden raad: begin met je dagelijkse eet- en drinkgewoontes onder de loep te nemen en snoei eerst daar waar dat het makkelijkste kan. Creëer nieuwe gezonde gewoontes. Als jij bijvoorbeeld dagelijks aan het snoepen gaat, dan ligt daar een voor de hand liggende kans. Vermijd die lege calorieën, en je lichaam wordt vanzelf al heel wat schoner. Eet in de plaats daarvan een stuk fruit of wat noten, of laat dat snoepmoment gewoon helemaal weg. Als jij elke avond nog een glas drinkt met daarbij wat borrelhapjes, probeer dan eerst daar te snoeien. Maak de ‘vastentijd’ tussen avondmaal en ontbijt (breakfast = het breken van de nachtelijke vasten) vrij van eten en drinken (met uitzondering water of kruidenthee).

Pas als je al een paar basisprincipes hanteert, heeft het zin om een stap verder te zetten.

  • Eet maximaal 3 keer per dag. Laat alle tussendoortjes achterwege.
  • Eet ‘echt voedsel’, vermijd alles wat uit een fabriek komt en wat op het etiket vreemde toevoegingen vermeldt.
  • Eet langzaam en kauw goed.
  • Vermijd het drinken van calorieën: frisdrank, fruitsap, alcohol, koffie of thee met suiker.

Wil je dan toch met een zuiveringskuur aan de slag, laat je dan begeleiden door iemand met kennis van zaken. Sommige van mijn collega’s gezondheidsbegeleiders hebben zich hierin gespecialiseerd. Je vindt ze op de website van de Verenging voor Gezondheidsbegeleiders. Wat je wel in je eentje kunt proberen is een fruit- en groentekuur. Daar schreef ik een hele tijd geleden al over. Wil je meer weten, klik dan op deze link

Wil jij echt met je gezondheid aan de slag, doe dan mee en maak je lichaam schoon. Je zult er wel bij varen.

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in. 

 

Drie glazen water op een sobere tafel

Vasten

Elke wereldgodsdienst kent zijn vormen van vasten. In het Christendom heb je de 40-daagse vasten op weg naar Pasen, in de Islam is er de Ramadan, Joden kennen 6 vastendagen en Boeddhisten vasten vrijwillig om verlichting te vinden. Ook in de reguliere maatschappij ontstaan initiatieven die de idee van vasten in zich dragen. Zo zijn er onder andere ‘donderdag – veggiedag’ en ‘tournée minerale’ in de maand februari. Vanuit welke hoek je ‘t ook bekijkt, vasten heeft altijd iets van ‘je losmaken van een teveel’, iets van ‘weer wennen aan het feit dat het ook met minder kan’.

Vanuit gezondheidsstandpunt bekeken is vasten juist omwille van dat laatste een zegen. Wij leven in een ‘wereld van teveel’: wij eten teveel, wij drinken teveel, wij hebben teveel, wij stoken teveel, wij Netflixen te veel, … Ons lichaam wordt te weinig uitgedaagd, en dat kost ons gezonde levensjaren. Als we het regelmatig eens met wat minder doen, dan komt dat onze gezondheid beslist ten goede.

Derven van voedsel

Als we het over ‘vasten’ hebben, dan denken we spontaan aan ‘minder eten’. Als we dat doen omwille van onze gezondheid, dan kan dat op vele manieren:

  • Suiker mijden: Geraffineerde suiker is een boosdoener, als het gaat om onze gezondheid. Vaak hangen we eraan vast als aan een echte verslaving. Wil je suiker mijden – we hebben het dan over snoep en koekjes en ijs en alcohol en frisdranken, enz., maar ook over alle kant-en-klare voedselbereidingen waar suiker in één van zijn vele vormen is toegevoegd – dan ga je beslist een afkickperiode tegemoet. Na een tweetal weken zou het hunkeren naar zoet stilaan moeten afnemen.
  • Maaltijdmomenten beperken: We zijn gewoon geworden aan snacken, aan voortdurend kleine hapjes eten. Ons spijsverteringsstelsel staat nooit meer stil. Daarom is het een zegen voor ons lichaam het aantal maaltijdmomenten te beperken tot ontbijt, middagmaal en avondmaal. Laat alle tussendoortjes vallen, en je gezondheid zal er wel bij varen.
  • Intermittend fasten: Bij deze vorm van vasten maak je de tijd tussen het avondmaal en het ontbijt langer. Immers, elke nacht houden wij een ‘mini-vasten’, we eten een aantal uur niks. Het Engelse ‘breakfast’ spreekt daarvan, het ontbijt is het breken van de vasten. Bij intermittend fasten verlengen we die tijd tot 14 uur, 16 uur of zelfs 18 uur.
  • Kiezen voor een fruit- en groentenkuur: Hierbij ga je even helemaal ‘puur natuur’. Je geeft je lichaam een boost aan vitamines en mineralen, en ondertussen kan een heuse schoonmaak plaatsvinden. Over hoe je dit het beste doet, schreef ik vroeger al. Je vindt meer info als je klikt op deze link.
  • Echt vasten: Hierbij neem je een aantal dagen geen voedsel tot je. Je eet echt niks, en je drinkt alleen maar water of kruidenthee. Dit doe je echter beter niet op je eentje. Wil je een heuse vastencrisis vermijden, dan laat je je het beste bijstaan door een gezondheidsbegeleider met ervaring in het begeleiden van een vasten.

Op welke manier je ook aan de slag gaat, je zult er je zelfgenezend vermogen mee aan het werk zetten. In een periode van voedsel derven zet je lichaam een reset in gang. Je houdt als het ware een grote schoonmaak, en dat maakt je stap voor stap weer meer vitaal.

Andere vormen van ‘minderen’

We zouden dat vasten ook op een heel andere manier kunnen invullen. Het gaat dan veel meer om loskomen van het vele materiële waar wij aan vastzitten.

  • Schermpjestijd inkorten: Als er één ding is waar wij allen aan vastzitten, dan is het wellicht aan TV, computer, smartphone, … We zijn als het ware continue met onze schermpjes in de weer, we kunnen niet meer zonder. En als we erin zouden slagen daar dagelijks één of twee uurtjes van af te knabbelen, dan zou dat een positieve invloed hebben op onze gezondheid. We zouden tijd vinden om een wandeling te maken of om een gezelschapsspel te spelen of om wat te dagdromen of te mediteren, en dat alles zou wat van de stress wegnemen waar wij allen onder te lijden hebben.
  • Loskomen van materiële goederen: Wat hebben wij toch veel, allemaal. En vaak denken we dat we niet zonder kunnen. Niet voor niks werd vroeger in de lente een grote schoonmaak gehouden. Misschien kunnen wij iets van die oude gewoonte weer introduceren. Laten we inzetten op ‘consuminderen’ in plaats van op ‘consumeren’.
  • De temperatuur een graadje lager: In deze tijden van energieduurte, zou vasten ook kunnen betekenen dat we energiezuinig proberen te leven. Als we de temperatuur wat lager zetten, dan slaan we twee vliegen in één klap. We houden centen in onze portemonnee én we leren ons lichaam weer flexibel omgaan met warmte en kou. Het eerste houdt financiële stress wat langer op afstand, het tweede houdt ons lichaam gezond.

Ikzelf, als Christen, ga straks de 40-daagse vastentijd weer in. En zoals je leest, ik heb inspiratie te over. Kern van het hele gebeuren is telkens: loskomen van wat vast zat, en de vrijgekomen tijd, energie, centen, … inzetten voor wat écht goed is. Doe je met me mee?

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in.

Iemand prikt bloed om de bloedsuiker te meten.

Keer Diabetes2 Om

Keer Diabetes2 Om, zoals ik het in de titel van deze blog geschreven heb, is een Nederlands programma van Voeding Leeft. Ik volg al een tijdje de berichten die zij wekelijks online brengen, en ik moet zeggen, ik ben fan van hun programma. Jammer genoeg kunnen wij, Vlamingen, nog niet aan het programma ‘Keer Diabetes2 Om’ of aan de andere programma’s van ‘Voeding Leeft’ deelnemen. Er zijn onderhandelingen gaande met diverse partijen in Vlaanderen om het programma ook voor ons beschikbaar te stellen, maar zover is het nog niet.

Ondertussen wil ik jullie alvast warm maken voor de grote pijlers waaruit dit programma bestaat. Zoals ik het zie, is het een programma dat niet alleen diabetes type 2 kan omkeren, maar – veel ruimer dan dat – ook een manier van leven die heel veel andere chronische gezondheidsklachten op afstand kan houden. In mijn schrijven van vandaag, licht ik de vier pijlers van het programma toe. Ik vertel je hoe ze op je gezondheid inwerken en hoe ze hun effect hebben op het omkeren van diabetes én van obesitas én van hart- en vaatziekten én van … (Vul zelf maar in, zowat elke chronische klacht zal beter worden, als je met dit programma aan de slag gaat).

De vier pijlers zijn:

  • Een gezond voedingspatroon
  • Regelmatig bewegen
  • Zorgen voor echte ontspanning
  • Voldoende slaap

Een gezond voedingspatroon

Als we aan diabetes denken, in de volksmond ‘suikerziekte’ genoemd, dan is de allereerste aanbeveling natuurlijk om je voeding aan te passen. Spontaan denken we aan ‘geen suiker meer eten’. En ja, daar komt het voor een groot stuk wel op neer, maar ‘geen suiker meer eten’ is toch wat complexer dan het lijkt. Er is natuurlijk suiker als in ‘snoepgoed’ en ‘taart’ en ‘dessert’, maar er is ook suiker als in ‘brood’ en ‘pasta’ en ‘koolhydraatrijke voeding’ én er is suiker als in ‘toegevoegde suikers’ in zowat alle kant-en-klare voeding.

In een eerdere blog – GEZONDHEID-WIJZER bij diabetes type 2 – schreef ik hier al uitgebreid over. Om het kort nog even samen te vatten:

  • Vermijd zichtbare suikers in je voeding.
  • Eet koolhydraat-arme maaltijden.
  • Maak je voedsel zelf klaar.
  • Kies voor natuurlijke producten.

Als je je abonneert op de nieuwsbrief van ‘Keer Diabetes2 Om’ krijg je regelmatig tips én makkelijk klaar te maken en gezonde recepten. Ik kan het je alleen maar aanraden.

Regelmatig bewegen

‘t Was te voorspellen, natuurlijk, dat ook beweging in het programma terug te vinden zou zijn. ‘t Is de logica zelve, zou je kunnen zeggen. Door gezond te eten kunnen we ervoor zorgen dat er minder suikers binnenkomen (en vooral, dat er minder suikerpieken ontstaan). Door te bewegen verbruiken we energie, en die energie komt in de eerste plaats door het verbranden van suikers in de energiecentrales in onze cellen, de mitochondriën.

Maar er is meer aan de hand. Als wij regelmatig bewegen, breken we vetten af en bouwen we spieren op. Op de weegschaal zullen we in het begin geen verandering zien, want spierweefsel weegt meer dan vetweefsel. Toch zullen we het verschil wel merken, want met de afbraak van vetweefsel en de opbouw van spierweefsel krijgen we als vanzelf een mooier figuur. Omdat spierweefsel compacter is, wordt onze omvang kleiner. We zien er slanker uit. Ook onze huid wordt zuiverder, want vetweefsel zorgt voor ontstekingen (acné, bijvoorbeeld), en spierweefsel doet dat niet. En last but not least, spierweefsel gebruikt ook als het in rust is meer energie dan vetweefsel. Als we regelmatig bewegen, zullen we zelfs in onze slaap meer energie en dus meer suikers verbruiken dan als we dat niet doen. Ik veronderstel dat dit alles voldoende reden is om op te staan uit die luie zetel en dan toch maar in beweging te komen.

Alleen, dat laatste blijkt niet altijd het geval. Vaak hebben we een extra zetje nodig om het toch maar te doen. Daarom een paar tips die het je makkelijker kunnen maken:

  • Voeg kleine beweegmomentjes toe:
    • Doe je bureauwerk, sta dan regelmatig even recht.
    • Kijk je TV, leg de zapper dan bij de TV in plaats van naast je op de bank. Het verplicht je om recht te staan als je van zender wil veranderen.
    • Parkeer je auto net een beetje verder weg van waar je moet zijn, zodat je telkens een stukje te voet moet doen.
    • Ben je aan het opruimen, breng de dingen dan direct naar de plek waar ze thuishoren. Vaak moet je daar een paar stappen meer voor zetten, vb. wat vaker naar boven toe. Opgeruimd staat netjes, en het geeft je ook ‘bewegingswinst’.
  • Maak er een gewoonte van. Plan dagelijks een kort bewegingsmoment in je agenda in, en hou je daar ook aan. Eens iets een gewoonte is, lukt het je veel makkelijker om het vol te houden.
  • Kies vanzelfsprekend een vorm van beweging die jij graag doet. Voor mij is dat wandelen, voor een ander kan het fietsen zijn of zwemmen of fitness. Wat je graag doet, blijf je wellicht makkelijker doen.
  • Spreek af met iemand om samen te bewegen. Als jij dan eens geen zin heb, doe het wellicht toch om die ander niet teleur te stellen.

Zorgen voor echte ontspanning

Minder voorspelbaar is ‘ontspanning’ in het rijtje van manieren om diabetes op afstand te houden. De verklaring hiervoor moeten we zoeken in ons stressmechanisme. Als je weet wat stress met je doet, dan begrijp je hoe onze vormen van chronische stress diabetes kunnen veroorzaken. Daarom dus eerst wat over stress …

Dat wij stress kunnen krijgen, heeft ons van uitsterven behoed. Zonder de mogelijkheid om stress te ervaren, was de mensheid al in oeroude tijden van het toneel verdwenen. Stress is in wezen een levensreddend mechanisme. Telkens we in een gevaarlijke situatie terechtkomen – denk maar aan die wilde dieren in de oertijd – maakt een stressreactie ons in staat om te vechten of te vluchten. Eén van de dingen die daarbij in ons lichaam gebeurt, is dat cortisol ervoor zorgt dat er meer suiker in het bloed terecht komt, zodat er energie beschikbaar komt om in actie te komen. Alleen, dat mechanisme komt nog steeds in actie, ook als wij werkdruk ervaren of in de file staan of als de kinderen vervelend doen. Veel van de stress die we op die manier ervaren, leidt niet tot extra beweging. De vrijgekomen suiker blijft verhoogd in ons bloed aanwezig … en de weg naar diabetes ligt open.

In het kopje boven deze paragraaf spreek ik van ‘echte’ ontspanning. Vaak noemen wij TV kijken of computerspelletjes spelen of smartphonegebruik ontspanning. Voor ons brein is het dat echter niet. Ons brein kan geen onderscheid maken tussen de spanning in een film, de negatieve berichtgeving in het nieuws, de drang om een computerspelletje te winnen, de vele informatie die we digitaal tot ons nemen enerzijds en echt gevaar anderzijds. Wat wij ontspanning noemen, ervaart ons lichaam vaak als extra stress. Echte ontspanning verkrijgen uit heel andere zaken:

  • Een boek lezen, een puzzel maken, … want dat brengt ons in een trager tempo. Ontspanning volgt vanzelf.
  • Huishoudelijk werk, tuinieren, … want bij dit soort klussen kan ons brein de indrukken van de voorbije dag verwerken.
  • Opgaan in een hobby, want daarbij leven we helemaal in het nu. We maken ons geen zorgen over wat was of over wat zou kunnen komen.
  • Dagdromen, mediteren, yoga of andere technieken om dichter bij onze kern te komen. Juist daar leren we zien wat echt belangrijk voor ons is en waar we ons gewoon minder druk over hoeven te maken.
  • Fysieke ontspanning, door beweging of door massage, want lichaam en geest staan wel degelijk met elkaar in verbinding.

Voldoende slaap

Misschien kijk je ook naar deze pijler met iets van verwondering. Wat heeft slaap in godsnaam met je bloedsuikerspiegel van doen? Toch is het niet zo vreemd. In de slaap vinden immers alle herstelprocessen in je lichaam plaats. Dat gaat over fysieke herstelprocessen, maar ook over emotionele en mentale herstelprocessen. Het is al langer geweten dat je in je dromen onverwerkte indrukken van de dag een plaatsje weet te geven. Bij een tekort aan slaap blijft als het ware je stressmodus gewoon aan, en dat heeft, zoals we hierboven aangaven, een negatieve invloed op je bloedsuikerspiegel.

Voldoende slaap, dat begint al met goed kunnen inslapen. Oude wijsheden geven aan dat de uren voor twaalf uur dubbel tellen. Het is inderdaad goed om de dag de dag te laten zijn, en de nacht de nacht. In vroegere tijden was het daglicht daar de indicator voor. Als het te donker werd om nog veel te kunnen doen, ging je gewoon slapen. Dat betekent ook dat we in de winter meer sliepen dan in de zomer. Hoe meer wij ons inpassen in dat natuurlijke dag- en nachtritme, hoe gezonder dat voor ons is.

Vervolgens is het doorslapen aan de orde. Mensen met slaapapneu worden vele keren wakker, vaak zonder dat ze het zelf beseffen. En wie overdag te druk bezig blijft en geen tijd inbouwt om tot rust te komen, wordt vaak na de eerste slaap wakker met een kop vol gedachten die niet stil te krijgen zijn. Ook daar gaat gezondheid verloren. Mensen die op deze manier slaapgebrek leiden, krijgen er makkelijk hardnekkige kilo’s bij en ook diabetes ligt op de loer.

Er valt dus heel wat gezondheidswinst te halen door in te zetten op voldoende slaap. Dat kan:

  • Door op tijd te gaan slapen.
  • Door een avondritueel in te bouwen, waarbij schermpjes uit gaan en het licht gedimd wordt, zodat je melatonine – dat is het slaaphormoon – gaat aanmaken.
  • Door niet te laat op de avond nog te eten. Een volle maag houdt je immers wakker, en de suikers die uit die late maaltijd nog vrijkomen, geven je nieuwe energie. Spreekt vanzelf dat je dan niet kunt slapen.
  • Door in te zetten op wat echt ontspant, want opgebouwde spanning maakt je te vroeg alweer wakker.

Een leefstijlprogramma

Keer Diabetes2 Om is een leefstijlprogramma, het behoort tot de leefstijlgeneeskunde. Ik geloof er alvast in dat er toekomst zit in die leefstijlgeneeskunde. Het vraagt van ons dat we bereid zijn om onze leefstijl aan te passen om onze gezondheid te behouden en zelfs om verloren gegane gezondheid opnieuw te verwerven. Als het gaat om de vele chronische ziektes van onze tijd, lijkt leefstijlgeneeskunde mij de enige weg. Laten we dus hopen dat programma’s als Keer Diabetes2 Om binnenkort ook in Vlaanderen mogelijk zullen zijn. Tot het zover is – en ook daarna nog, wellicht – kun je bij ons, gezondheidsbegeleiders terecht. Wij zijn immers geschoold in het versterken van je gezondheid op al deze manieren.

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in.

Foto's over gezondheid: gezonde voeding, een kind dat mediteert, een kopje kruidenthee, halters en een loopschoen.

Geef je gezondheid een zetje!

Gezondheidsdagen voor mensen met een beperking

Zoals je misschien al wist – of nog niet, dat maakt helemaal niet uit – werk ik in een voorziening voor mensen met visuele en andere beperkingen. Tijdens mijn opleiding al merkte ik hoe nieuwsgierig onze mensen waren naar de opleiding tot gezondheidsbegeleider die ik volgde. Op donderdag had ik les … en op vrijdag moest ik vertellen, week na week. En nu leidt dit alles tot een stageproject onder de titel ‘Geef je gezondheid een zetje!’

Samen met een paar medestudenten dompelen we onze cliënten de komende twee weken onder in de leefwereld van de natuurlijke gezondheidszorg. We hebben het over ons ‘lijf’ als bron van vreugde én als bron van pijn en ongemakken. We wagen ons aan een bewegingssessie, aan ademhalingsoefeningen. We hebben het over stress en over de vermindering daarvan, door bijvoorbeeld relaxatieoefeningen. We gaan op zoek naar lekkere, maar gezonde hapjes, helemaal oké, ook voor diabetici. We bieden ze ook een voetreflex en een massage aan, en als het weer het toelaat, gaan we ook voor een stiltewandeling.

Kortom, er is naar ieders goesting wel iets. En ondertussen brengen we gezondheid ter sprake op een heel eenvoudige manier. We doen het op een actieve manier, en hopen zo dat er toch één en ander zal blijven hangen. Want gezondheid, dat komt niet in een keer, maar in vele kleine beetjes …

Kleine dingen maken het verschil

Nee, als het over gezondheid gaat, dan hebben we het niet over een radicale keuze. We hebben het niet over een eenmalig ‘ja’ of een eenmalig ‘nee’, maar over telkens opnieuw een beetje meer richting gezondheid evolueren. Het zijn de vele kleine stapjes in de goede richting, die een verschil kunnen maken. En, goed nieuws, het begint voor ieder van ons op de plek waar we nu staan.

  • Heb je pijnklachten, denk dan aan bewegingsoefeningen of ontspanningsoefeningen. Overweeg een dieptemassage om verkrampte spieren los te laten maken.
  • Neig je naar overgewicht, obesitas of diabetes, denk dan eerst en vooral aan natuurlijke voeding. Vermijd fabrieksvoedsel met allerlei additieven. Eet wat minder en vooral ook wat minder vaak. Ook beweging en een goede nachtrust kunnen je helpen.
  • Heb je last van angst, van depressiviteit, van onbehagen? Voel dan eerst en vooral wat er te voelen valt, en accepteer dat. Maak regelmatig tijd om bij jezelf te verwijlen, om dieper te leren zien wat er hapert. En als het duidelijk wordt, gun dan jezelf wat nodig is om het tij te keren.
  • En dan is er stress, dé draak van onze dagen. Bij stress helpt in de eerste plaats beweging: ga stevig stappen of joggen, of sla je stress eruit tegen een boksbal. Denk pas in tweede instantie aan elementen van ontspanning: een warme douche, een rustmoment met wat zachte muziek, mindfulness of yoga. Stress bereidt ons immers voor om te vechten of te vluchten, en zolang die energie in ons lijf aanwezig blijft, lukt ontspannen niet.

En zo kan ik nog wel een tijdje verder gaan. Eigenlijk is het zo dat er voor ieder van ons een weg naar meer gezondheid bestaat. Als ik daarover nadenk, dan zie ik voor me een doos vol bolletjes wol. Er is nogal wat gerommeld in die doos, en de draadjes van die vele bolletjes wol zijn één nestel geworden. Verloren gezondheid herwinnen lijkt een beetje op het weer uit elkaar halen van die nestel met die vele draadjes wol. Trek je aan het ene draadje, dan bewegen de andere draadjes mee. Gaandeweg wordt duidelijker welke aspecten in jouw geval allemaal meespelen. Je begint te werken aan gezondheid op één vlak, en na verloop van tijd merk je dat er ook werk aan de winkel is op andere vlakken. Stapje voor stapje – of draadje voor draadje – werk je toe naar een betere gezondheid.

Eén ding nog wil ik je vertellen. Wacht met het genieten van je verworven gezondheid niet tot helemaal op het eind. Geniet van elke stap die je zet, van elk aspect van je wezen dat om aandacht vraagt. Het genieten van de reis zorgt ervoor dat je blijft gaan, want gezondheid is nooit af, de reis is nooit helemaal voorbij.

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in.

 

Iemand met een dikke buik meet de buikomtrek.

Vet vermijden?!? Suiker is de echte dikmaker!

Ik wil vermageren, en dus …

Het hele verhaal dat ik je vandaag wil vertellen, begint in de jaren ’50 van de vorige eeuw. De tweede wereldoorlog, die een echte hongeroorlog was, was voorbij. Je zag de eerste tekenen van de groeiende welvaart, … en tegelijk ook het begin van een obesitasepidemie en een stijging van het aantal hart- en vaatziekten. Ancel Keys, voedings- en gezondheidswetenschapper, deed onderzoek naar de correlatie tussen voeding enerzijds en het voorkomen van hart- en vaatziekten anderzijds. In 1958 publiceerde hij zijn ‘Zeven Landen Studie’, waarin hij concludeerde dat verzadigd vet de grote boosdoener was.

En dus, sinds die tijd wordt in de hele gezondheidszorg en dieetleer verzadigd vet in het verdomhoekje gezet. Oliën met onverzadigde vetten deden hun intrede, boter werd vervangen door margarine. (Wist je dat er in die begintijd meer mensen stierven door het eten van die margarine dan door het eten van boter? Die eerste margarines bestonden uit geharde onverzadigde oliën, en de onverzadigde vetzuren hadden zich tijdens het hardingsproces omgevormd tot transvetzuren. Welnu, als er één soort vet echt schadelijk is voor ons, dan zijn het wel die transvetten!)

Door de jaren heen zijn wij nog vele stappen verder gegaan. Vetten – ja zelfs onverzadigde vetten – werden hoe langer, hoe meer geweerd. Vette voedingsmiddelen werden verketterd. Light dressings en light mayo’s bevatten nu voor een deel ‘gemodificeerd zetmeel’ in plaats van vet. Vervolgens werd in heel veel producten waarin het vetgehalte verminderd was, suiker toegevoegd. Vet is immers een smaakmaker. Waar je vet weghaalt, heb je een nieuwe smaakmaker nodig, en meeste gevallen werd dat suiker.

Wat zien we gebeuren? Het aantal hart- en vaatziekten is niet verminderd, eerder in tegendeel. Zwaarlijvigheid en obesitas werden veeleer de norm dan de uitzondering. Hoeveel vet we ook weghalen uit de voeding, het helpt allemaal niks. En tegelijk zien we dat diabetes type 2, ook ouderdomsdiabetes genoemd, op steeds jongere leeftijd voorkomt. Gaat er dan geen belletje rinkelen?

Inderdaad, Ancel Keys maakte een verkeerde conclusie. Want jawel, na de tweede wereldoorlog steeg de consumptie van verzadigd vet, … maar de consumptie van suiker steeg minstens even vlug. Vet was nooit het echte probleem, het was altijd al suiker. Willen we dus met z’n allen gezonder en magerder worden, dan moet niet de vetconsumptie verminderen, maar het overvloedige gebruik van suiker.

Gezonde vetten zijn broodnodig!

Misschien geloof je me niet, en toch is het waar: Om gezond te kunnen functioneren, hebben we gezonde vetten nodig!

Zijn er dan gezonde en ongezonde vetten? Jawel, en het is belangrijk dit een beetje te snappen om gezonde gerechten op tafel te kunnen zetten:

  • Verzadigd vet is vet dat bij kamertemperatuur hard is. We hebben het over het vetrandje van vlees, maar ook bijvoorbeeld over boter of kokosolie. Hoe harder het vet bij kamertemperatuur, hoe meer verzadigd. Het voordeel van verzadigd vet, is dat het een stabiel vet is. Bij bewerking, bijvoorbeeld bij verhitten, ondergaat het niet zo gauw verandering. Alleen als je het vet verbrandt (en het dus gaat roken!) wordt verzadigd vet toxisch en dus kankerverwekkend. Wil je dus bakken en braden en zelfs frituren, dan is verzadigd vet een heel goede optie!
  • Onverzadigd vet is bij kamertemperatuur vloeibaar. Alle oliën bevatten dus onverzadigde vetzuren. Als je de moleculaire structuur van deze vetten gaat bekijken, dan zie je dat er een ‘zwakke’ plek in zit. Die ‘knik’ in het vetzuur heeft gezondheidsvoordelen, maar het is ook de plek waar het vet kan omslaan van gezond in superongezond. Als zo’n knik – bij verhitten of bij harden – omslaat, dan ontstaat een transvetzuur. En transvetten zijn de meest ongezonde vetten die je maar kunt eten. Frituren in olie is dus geen goed idee, echt niet! Er zijn soorten onverzadigde vetzuren:
    • omega 9-vetzuren: Olijfolie is hier de meest gekende. Olijfolie bestaat uit enkelvoudig onverzadigd vetzuur, en dat betekent dat er maar één knik in z’n structuur zit. Dat maakt olijfolie meer stabiel dan alle andere oliën. Vandaar dus ook dat je olijfolie wel nog mag gebruiken om groenten aan te stoven of om een stuk vlees of vis te bakken. Daar wordt deze olie niet toxisch van. Frituren zou ik er niet mee doen, dan wordt het vet te warm en dus wel weer toxisch.
    • omega 6-vetzuren: De meeste andere oliën bevatten vooral omega 6-vetzuren, en dat zijn meervoudig onverzadigde vetzuren. Ze zijn dus meer onstabiel dan olijfolie en niet meer geschikt om te verwarmen. Gebruik deze oliën dus enkel koud, als dressing bij groenten, bijvoorbeeld. Bijzonder aan omega 6-vetzuren is dat ze ontsteking bevorderen. Nu lijkt dat negatief, maar dat is niet helemaal waar. Als we ‘ziekmakers’ binnenkrijgen, dan is het van belang dat het ontstekingsmechanisme in gang gezet wordt. Er moet alleen evenwicht zijn met de omega 3 vetzuren, die dat ontstekingsmechanisme weer af kunnen zetten.
    • omega 3-vetzuren: Ook deze vetzuren zijn meervoudig onverzadigde vetzuren, en dus niet geschikt om te verwarmen. Hier kijken we naar lijnzaadolie, walnootolie en vooral vette vis. Van die omega 3-vetzuren hebben we er door de band tekort. Ideaal is een verhouding van 1:1 tot 1:5 tussen omega 3 en omega 6. In onze voeding ligt de verhouding ongeveer 1:20 en meer. Vandaar dus ook de vele ontstekingsziekten die we vandaag kennen.

Ongezonde vetten zijn dus

  • transvetten, veel gevaarlijker dan verzadigd vet
  • verbrande vetten, want die zijn kankerverwekkend
  • meervoudig onverzadigde vetzuren die verwarmd werden, want in dat proces ontstonden transvetten
  • een teveel aan omega 6-vetzuren en een tekort aan omega 3-vetzuren, want dat zorgt voor blijvende ontsteking

En hebben we ‘gezonde vet’ dan echt nodig? Absoluut, zeker weten!

Ik hoef je alleen maar op een paar dingen te wijzen:

  • Elke cel in ons lichaam heeft een membraam, een celwand, en die bestaat uit vet. Zonder gezonde vetten gaan onze celwanden kapot, en op termijn dus ook onze cellen. Ze functioneren minder goed, wij verouderen in een evenredig tempo. Klachten waar we niet meer van af komen, duiken op.
  • De basisbouwstof voor onze hersenen en onze zenuwen is vet. Zonder de nodige gezonde vetten om opbouw- en herstelprocessen uit te voeren, gaat het met ons zenuwstelsel bergafwaarts. Gevolgen zijn enerzijds hersen- en zenuwziektes als dementie, Alzheimer, Parkinson, Multiple Sclerose en anderzijds gemoedsstoornissen als depressie, stress, zenuwachtigheid.
  • Ons hormoonstelsel draait op steroïden, waarvan cholesterol er eentje van is. Zonder de nodige gezonde vetten kan dus ook ons hormoonstelsel verstoringen vertonen. De algemeen verminderde fertiliteit is daar een duidelijk voorbeeld van.

Suiker is de echte boosdoener

Niet vet, dus, maar suiker is de boosdoener, en dat heeft alles te maken met het hormoon insuline, dat onze bloedsuikerspiegel moet regelen. Insuline is een adipogeen hormoon, en dat betekent dat insuline vet aanmaakt uit suiker. Dat gaat zo:

  • Als je eet, komt er na de spijsvertering suiker of glucose in je bloed. Die glucose komt uit suiker in al zijn varianten, maar ook uit brood, pasta, aardappelen, groenten en fruit. Als die suikers goed verpakt zitten, in de vele vezels in groenten en fruit bijvoorbeeld, dan komt de glucose maar langzaam in het bloed terecht. Op dat moment is er geen probleem. Wij hebben immers suiker nodig, het is rechtstreeks toegankelijke energie.
  • Komt er, na het eten van een suikerrijke snack of na het drinken van frisdrank bijvoorbeeld, te veel suiker ineens in het bloed, dan komt insuline daarop af. Suiker kan immers je bloedvaten en je organen aanvallen en kapot maken. Daarom heeft ons lichaam een fantastisch regelsysteem waar insuline een rol in speelt. Insuline klikt zich aan de overtollige suiker vast en klopt bij een vetcel aan om die suiker daar af te leveren.
  • In de vetcel wordt de overtollige suiker omgezet in vet. Dat vet kan enkel dienen als reserve-energie. Het is niet van dezelfde waarde als vet in onze voeding, die ook als bouwstof gebruikt kan worden. Door het hormoon glucagon, tegenhanger van insuline, kan het vet in onze vetcellen weer omgezet worden in suiker, en dus in energie in tijden van nood. Alleen, … die tijden van nood breken op onze dagen nooit meer aan. Wij hebben voedsel in overvloed, de hele dag door.

Over suiker en zijn kwalijke werking in ons lichaam schreef ik eerder al: Suiker, de zoete boosdoener (deel 1) en Suiker de zoete boosdoener (deel 2).

… en dus anders gaan eten …

Wil je dus vermageren, dan zit er niks anders op dan blijvend anders te gaan eten. Je kunt volgende raadgevingen alvast in acht nemen:

  • Eet zoveel mogelijk onbewerkt voedsel. Bereid je voedsel zelf, ook vb. je vinaigrettes, dan gebruik je sowieso minder suiker.
  • Vermijd zoveel mogelijk suikerrijke dranken en fruitsappen. Ze hebben geen vertering nodig, ze bevatten suikers die zo je bloedbaan in komen.
  • Eet slechts drie keer per dag. Onthoud je van voortdurende tussendoortjes.
  • Beperk de hoeveelheid koolhydraten in je voeding. Kies eerder voor ‘Low Carb’ dan voor Low Fat’.

Blijvend van je overgewicht afraken is belangrijk voor je gezondheid. Tegelijk is het ook geen makkelijke klus. Wil je graag ondersteuning bij dit proces, dan kun je terecht bij mij of bij een van mijn collega’s gezondheidsbegeleiders.

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in. 

Wachten op meer versoepelingen? Of beter op naar een mindshift?!?

Hét woord van de dag? Versoepelingen …

Want ja, de terrassen mogen weer open … tot tien uur ‘s avonds én maximum met vier aan een tafeltje en met anderhalve meter tussen de verschillende groepen. En ja, ook de nachtwinkels mogen weer volop alcohol verkopen. En zelfs jongeren van de middelbare school mogen weer voltijds les volgen … als hun school dat toestaat, tenminste.

Want zolang niet iedereen is gevaccineerd …

En zelfs als iedereen zal zijn gevaccineerd, dan nog zal niet zomaar alles weer kunnen. We gaan niet terug naar wat wij allen aanvoelen als ‘normaal’. Want er dreigen nieuwe varianten, telkens en telkens weer. Zo klinkt het op vandaag, als je onze virologen mag geloven.

Vaccinatie toch niet zomaar de oplossing?!?

Van in het begin van de coronacrisis heeft men ons ‘vaccinatie’ als dé oplossing voorgespiegeld. Stilaan echter wordt duidelijk dat de crisis met deze ene mega-vaccinatieronde niet over zal zijn. Het coronavirus muteert vlugger dan vaccinologen kunnen volgen. Een doembeeld duikt op van het telkens opnieuw moeten vaccineren van de hele wereldbevolking, om het half jaar of zelfs om de drie à vier maanden. En dan te zien hoeveel moeite het al kost om iedereen een eerste keer te laten vaccineren.

Dat doet vragen rijzen. Is zo’n algemene vaccinatie, ook van mensen die amper kans lopen om ernstig ziek te worden, dan wel de oplossing? En wat als zelfs met zo’n kort op de bal spelende cyclus van vaccinaties het coronavirus ons toch telkens weer te vlug af is? Zijn we dan gedoemd om voor de rest van onze dagen afstand te blijven bewaren? Behoren mondkapjes van nu af tot onze standaard uitrusting? Mogen knuffels dan nooit meer tussen grootouders en kleinkinderen? En een goeie bekende een hand of een zoen geven, zal ook dat definitief uit onze gewoontes verdwijnen?

Weet je, in zo’n kille en afstandelijke wereld wil ik eigenlijk niet leven. Ook ik, alleenstaande, heb menselijke warmte nodig om gezond te blijven. Ik wil het gezicht van mensen kunnen zien, en ik wil dat zij ook de glimlach op mijn gezicht kunnen zien. Ik wil een hand en een knuffel en een zoen kunnen geven. Ik wil van dichtbij kunnen praten met mensen, zonder bang te moeten zijn dat ik ze ziek zou kunnen maken.

Gek, hé, dat ik nu zo denk. Anderhalf jaar geleden zou je maar wat raar hebben opgekeken als ik je dit had geschreven. Vandaag lijkt het alsof die eens zo vanzelfsprekende gewoontes definitief uit onze omgangsvormen geschrapt moeten worden. Wat overblijft is een kille, donkere manier van samenleven.

Op naar een mindshift, een andere manier van denken …

Mij lijkt er maar één oplossing, maar die vraagt een mindshift. We zullen onze hele manier van denken rondom dat coronavirus moeten ombuigen. Sterker nog, we zullen onze hele manier van denken rondom elke bacterie en elk virus moeten ombuigen. Doen we dat niet, dan zal het hele scenario van de huidige pandemie zich herhalen, telkens en telkens weer.

Een mindshift dus …

Als we nu eens niet meer probeerden om ons van buitenaf af te schermen van alles wat ons zou kunnen belagen. Laat ze maar komen, die bacteriën en die virussen en al die anderen ‘beestjes’ ergens daar buiten. Geen afstand meer, geen mondkapjes en geen voortdurende ontsmetting van de handen. Als ik dat zo zeg, dan lijkt dat ongelooflijk gevaarlijk. Dat kunnen we dus niet zomaar doen. Eerst moeten we …

Ja, wat?!?

Wat zouden we kunnen doen om dit mogelijk te maken? Wel, juist daar zit die andere manier van denken. Als we nu eens alles deden wat we konden om onszelf weerbaarder te maken: gezonde voeding met vele vitamines en mineralen, het eten ook van planten en kruiden met hun vele fytonutriënten, een gezonde dosis zon omwille van de vitamine D (die – zo hebben andere wetenschappers dan virologen ontdekt – de meesten van ons uit het ziekenhuis kan houden), voldoende ontspanning en slaap, reduceren van stress want stress ondermijnt ons immuunsysteem. Dat alles draagt ertoe bij dat we bij besmetting niet of nauwelijks ziek worden.

En het allerbelangrijkste is nog dat we de angst om ziek te worden laten vallen. We moeten weer leren vertrouwen op ons zelfgenezend vermogen. De angst, die nu in onze maatschappij hoogtij viert, haalt onze weerbaarheid onderuit. Ikzelf vertrouw erop dat mijn lichaam wijs genoeg is om mij te geven wat ik nodig heb: pijn als ik te ver gegaan ben, vermoeidheid als slaap mij zou kunnen helen, ziekte als ik weer even op mezelf terug moet plooien. Ik vertrouw er ook op dat mijn lichaam mij weer gezond zal maken als ik luister naar de signalen … én gehoorzaam!


Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in.

Een gezondheidsvirus verspreiden …, doe je mee?

Het coronavirus houdt ons nu exact een vol jaar in haar greep, en dat hebben we geweten. Een jaar lang hoorden we in het nieuws vooral cijfers: zoveel besmettingen, zoveel ziekenhuisopnames, zoveel overlijdens. Een jaar lang werd onze vrijheid sterk ingeperkt: mondmaskerplicht, samenscholingsverbod, avondklok, beperkte bewegingsvrijheid en noem maar op. Een jaar lang vierde de angst hoogtij: angst voor het virus, angst voor de mensen rondom – want zij zouden mij wel eens kunnen besmetten -, angst voor de gevolgen van de maatregelen – en ja, die gevolgen zullen nog lang een stempel drukken op ons leven, we zijn er nog lang niet.

En wij, we zijn moe.

We zijn de maatregelen moe. We zijn de gedwongen afzondering moe. We zijn een leven zonder sportclub en zonder koor en zonder uit eten gaan en zonder kerkdienst en zonder verenigingsleven en zonder vakantie in het buitenland moe. Jawel, we zijn moe, want uit al die dingen die nu al een jaar lang niet of amper mogen, daar halen wij energie uit. En nu al horen we klanken dat vaccinatie toch niet zomaar de oplossing zal zijn. Houdt het dan nooit meer op?!?

Houdt het dan nooit meer op?!?

Als je ‘t mij vraagt, nee, als we voortdoen zoals we bezig zijn, dan houdt het nooit meer op. We leven met te veel mensen op aarde, en we palmen meer en meer de habitat van dieren in. Geen wonder dat we ook hun virussen te pakken krijgen. We eten fabrieksvoer, we slapen onvoldoende, we bewegen te weinig, we kennen te veel stress. Moet het nog gezegd dat we onszelf op die manier alleen maar zwakker maken?

Als we voortdoen zoals we bezig zijn, dan houdt het beslist nooit meer op. Het ene virus zal op het andere volgen, de ene pandemie op de andere. Afstand houden en ontsmetten van de handen en mondmaskers dragen, dat alles zal ons er niet van vrijwaren ooit eens ziek te worden en uiteindelijk te sterven.

Daarom houd ik vandaag een pleidooi, een pleidooi om weer te durven leven. Ik kies ervoor om een gezondheidsvirus te verspreiden. Doe jij met me mee?

Een gezondheidsvirus verspreiden …

Wat wij op dit moment echt nodig hebben, zo lijkt het mij, dat is de durf om weer te leven. Wie wat verder kijkt dan de reguliere media, die ontdekt dat corona procentueel lang zoveel doden niet heeft geëist dan oorspronkelijk werd verwacht. En wie sterft, dat zijn vooral die mensen die al heel zwak waren: ouderen, mensen met al onderliggende klachten, mensen met overgewicht en obesitas, …

We kunnen ons door die dagelijkse cijfers blijvend bang laten maken. Dan staat ons een leven te wachten vol maatregelen die we slaafs blijven volgen. En dan zullen, op het eind van dat leven, toch sterven … misschien wel zonder echt te hebben geleefd.

Wat kunnen we dan doen?

Enerzijds kunnen we ons weerstand groter maken. Dat kunnen we doen door

  • Gezonder en natuurlijker en minder te gaan eten.
  • Meer in de buitenlucht te komen en dieper te gaan ademen.
  • Ons weer vuil te durven maken. De microben – bacteriën, virussen, schimmels, … – die we op die manier aantrekken, triggeren onze immuniteit, waardoor we ons al van tevoren wapenen tegen schadelijke indringers.
  • Te zorgen voor voldoende slaap en echte ontspanning.
  • Echt contact, zoals knuffelen en aanraken en massage, want dat vermindert stress en maakt gezondheid bevorderende hormonen vrij.

Anderzijds kunnen we ook onze angst opzij proberen te zetten. Dat kunnen we doen door:

  • Alleen een mondmasker te dragen waar dat echt vereist wordt.
  • Niet langer contact met andere mensen zoveel mogelijk vermijden. Begin alvast met toch een praatje te maken met de mensen die je op straat ontmoet.
  • Te durven vertrouwen op de kracht van je eigen lichaam om je gezond te houden.
  • Niet voortdurend alles (jezelf incluis) te willen ontsmetten. Weet dat ontsmetten slechts 95% van de microben doodt. De sterksten blijven leven en vermenigvuldigen zich ook weer. Door telkens weer in te zetten op ontsmetten, kweken we resistente bacteriën en virussen, die door niks nog kunnen worden gedood.

Dat gezondheidsvirus verspreiden, dat is wat ik wil doen. En ik zoek medestanders, want ik kan het niet alleen. Daarom dus ook mijn oproep: Doe je mee? En heb je zelf ook tips, of heb je nog vragen, laat ze mij dan gerust weten. Wie weet schrijf ik daar dan een volgende keer wel over …

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in.

De cholesterolmythe

Ik vertel je een verhaaltje …

Je komt bij de dokter voor een of andere klacht of gewoon voor een controle onderzoek. De dokter neemt wat bloed en laat standaard ook je cholesterol bepalen. Na een paar dagen kom jij bij de dokter terug, en die kan je aan de hand van je bloedwaarden vertellen wat er je scheelt, of misschien zegt hij of zij wel dat alles oké is. Alleen … je cholesterol is wat aan de hoge kant. Misschien goochelt hij of zij nog wat met de termen goede cholesterol (HDL) en slechte cholesterol (LDL), maar het resultaat van de consultatie blijft dezelfde. Jij gaat naar buiten met een voorschrift voor een cholesterol verlagend medicijn.

Herkenbaar?

In onze huidige Westerse wereld slikken ongelooflijk veel mensen cholesterol verlagende medicijnen. Artsen schrijven die heel makkelijk voor. Ze moeten wel, het behoort tot hun protocol. Jammer genoeg is dat voor de gezondheid geen goede zaak. Wij worden onnodig bang gemaakt voor een te hoge cholesterol, terwijl er ondertussen andere kwalen ontstaan door een gebrek aan cholesterol.

Cholesterol is levensnoodzakelijk

Cholesterol is een vetstof die van levensbelang is. Bij een gebrek aan cholesterol lopen allerlei mechanismen in het lichaam fout, en daar komen dan weer allerlei ziekten uit voort. Ieder van ons, van jong tot oud, heeft cholesterol nodig;

  • Als onderdeel van goed functionerende celmembranen. Ons lichaam bestaat uit heel veel cellen, en elk van die cellen heeft een membraan. Het membraan zorgt ervoor dat voedende stoffen de cel binnen kunnen en toxische stoffen de cel kunnen verlaten. Functioneert een celmembraan niet goed, dan raakt de cel enerzijds ondervoed en anderzijds vergiftigd.
  • Voor de aanmaak van verschillende hormonen, onder andere geslachtshormonen. Bij een gebrek aan cholesterol gaat de vruchtbaarheid van zowel man als vrouw sterk achteruit.
  • Voor de aanmaak van vitamine D. Vitamine D wordt onder invloed van de zon uit cholesterol aangemaakt en is belangrijk voor sterke botten, voor een goed werkende immuniteit en voor nog zoveel dingen meer in ons lichaam.
  • Voor de aanmaak van galvloeistof, en dus voor een betere vertering van de vetten die je eet.
  • Als bestanddeel van hersenen en zenuwen. Gezonde hersenen bevatten zo’n 10 tot 20% cholesterol. Bij een gebrek aan cholesterol in de hersenen en de zenuwen komt het tot degeneratieve ziektes zoals dementie.

Cholesterol is zo belangrijk voor het menselijk lichaam dat, in de mate dat we cholesterol in de voeding vermijden, onze lever zelf meer cholesterol aanmaakt. Het is in normale omstandigheden al zo dat slechts 20% van de cholesterol in ons lichaam via de voeding binnenkomt. De rest wordt sowieso in de lever aangemaakt.

Wist je trouwens dat moedermelk een zeer hoog gehalte aan cholesterol bevat omdat een baby zonder die cholesterol helemaal niet gezond kan opgroeien? Kinderen die van bij de geboorte zelf geen cholesterol kunnen aanmaken, zijn zwaar gehandicapt. Ze ontwikkelen zich niet zoals het hoort en sterven vaak vroegtijdig.

Hoe werd cholesterol de boosdoener?

Bij hart- en vaatziekten stelt men vast dat de slagaders vaak in grote mate dichtgeslibd zijn met plaques. Deze plaques bestaan uit een mengeling van cholesterol en calcium. Daarom spreken we in de volksmond van ‘aderverkalking’, wat in feite een foute naam is, want in wezen gaat het om ‘slagaderverkalking’.

Hoe ontstaan deze plaques?

  • De binnenwand van gezonde bloedvaten bestaat uit een laagje cellen en uit bindweefsel, die het bloed in de bloedbaan houden.
  • Door chronische ontstekingen ontstaan in die binnenwand kleine scheurtjes.
  • Het lichaam is erop voorzien om die scheurtjes heel vlug te herstellen. Mocht dat niet het geval zijn, dan zouden wij al vlug sterven aan inwendige bloedingen. Het lichaam gebruikt hiervoor LDL-cholesterol. Jawel, ook hier is cholesterol dus van levensbelang.
  • Na verloop van tijd proberen onze witte bloedcellen de cholesterol op te ruimen. Dat lukt echter vaak niet helemaal. De witte bloedcellen vormen, samen met de cholesterol, schuimcellen.
  • Vervolgens zet de overtollige calcium in ons bloed zich vast in deze schuimcellen. Hier ontstaan de typische cholesterol-calcium plaques die de slagaders doen dichtslibben.

Uit heel dit proces heeft men cholesterol aangewezen als de schuldige. Dat is een beetje alsof je de brandweermannen van de brand beschuldigt. Brandweermannen zijn immers ook bij elke brand aanwezig. Dan moeten zij toch wel de schuldigen zijn, is het niet?

Op zoek naar de echte schuldigen

Als we de echte schuldigen van hart- en vaatziekten willen vinden, dan moeten we ontdekken hoe het komt dat er scheurtjes ontstaan in de binnenwand van onze slagaders. Immers, als er geen scheurtjes zouden zijn, dan zou de cholesterol niks moeten herstellen en dan zouden er ook geen plaques ontstaan. Onze werkelijke zoektocht is dus die naar factoren die de bloedvaten beschadigen. Ik noem er enkele op:

  • Een hoge bloeddruk. Hoe meer druk er gezet wordt, hoe makkelijker de slagaders van binnenuit beschadigd kunnen raken.
  • Chronische ontsteking van de bloedvaten door een gebrek aan antioxidanten. We eten te weinig groenten en fruit, waarin deze antioxidanten volop aanwezig zijn. Tegelijk eten we verarmde voeding vol nutriëntenrovers, zoals suiker, witmeelproducten, transvetten, alcohol, medicijnen, … Hierdoor krijgen vrije radicalen veel meer kans om de vaatwanden aan te tasten.
  • Overgewicht en ouderdomsdiabetes. Een verhoogde bloedsuikerspiegel zorgt voor ontsteking en beschadiging van de bloedvaten.
  • Stress verhoogt de bloeddruk en de bloedsuikerspiegel, ons lichaam maakt zich immers paraat om te vechten of te vluchten. Wij echter kennen meestal een vorm van stress waarbij deze fysieke reactie onnodig of soms zelfs ongepast is. De verhoogde bloeddruk en de verhoogde bloedsuikerspiegel zorgen in dat geval voor ontstekingsprocessen in het lichaam.
  • Roken doet meer vrije radicalen ontstaan. In combinatie met de pil is roken nog schadelijker.
  • Vreemde stoffen in ons milieu, zoals PCB’s, dioxines en dieselpartikeltjes, additieven in de voeding, het gebruik van herbiciden en pesticiden in de landbouw, blootstelling aan straling, …
  • Een gebrek aan vitamine B6, B9 (foliumzuur, soms ook B11 genoemd) en B12, waardoor een overmaat aan homocysteïne ontstaat, en dat is een werkelijk schadelijke stof.
  • Een teveel aan omega 6 vetzuren die ontsteking bevorderen en een tekort aan omega 3 vetzuren die ontsteking remmen.
  • LDL-cholesterol die onder invloed van vrije radicalen omgezet wordt in oxycholesterol. Deze geoxideerde vorm van cholesterol is voor het lichaam, in tegenstelling tot andere vormen van cholesterol, wel schadelijk. Oxycholesterol vind je in de voeding o.a. in kant en klare maaltijden, in voorverpakte geraspte kaas, in melk- en eipoeder. Je vindt ze niet in verse en volwaardige voeding.

Al deze dingen worden in de klassieke Westerse geneeskunde niet of te weinig aangepakt. Er wordt te weinig naar de oorzaak van hart- en vaatziekten gezocht. Gemakshalve (… en wellicht ook uit winstbejag …) wordt alleen de cholesterol aangepakt. Was een 30-tal jaar geleden een cholesterol van 250 nog normaal, dan ligt de norm nu op 190, en men zou dit getal het liefst nog lager willen krijgen. Dit maakt een groot deel van de Westerse bevolking tot chronische medicijngebruikers.

Statines, cholesterolverlagende medicijnen met zware bijwerkingen

Statines zijn chemische stoffen die de aanmaak van cholesterol door de lever afremmen. Ze doen dat door het enzym HMG-CoA reductase te blokkeren, waardoor er minder makkelijk cholesterol gevormd kan worden.

Ik gaf hierboven al aan hoe belangrijk cholesterol wel is voor een gezond functioneren van je lichaam. Door het kunstmatig verminderen van de cholesterol, komen een aantal processen in het lichaam in gevaar:

  • Er wordt minder gal aangemaakt, waardoor de vetten uit je voeding moeilijker verteren. Daardoor worden ook minder essentiële vetzuren zoals omega 3 vetzuren opgenomen. Daardoor ontstaan klachten zoals zenuwstoornissen, depressiviteit, geheugenstoornissen, concentratie- en slaapstoornissen en dementie.
  • Er ontstaat een tekort aan vitamine D, wat tot osteoporose kan leiden.
  • Er worden minder geslachtshormonen aangemaakt, en dat leidt tot onvruchtbaarheid, erectiestoornissen en afname van de zin in seks.

Maar er is meer. Statines verminderen niet alleen de aanmaak van cholesterol, ze verminderen ook de aanmaak van co-enzym Q10. Hierdoor raken vooral de spieren verzwakt. Vaak is er sprake van spierpijnen of spierkrampen en kunnen spiercellen zelfs massaal afsterven. Als je nu weet dat ook het hart een spier is, dan besef je hoe gevaarlijk dit is. Nee, je zult dan wellicht niet sterven aan het dichtslibben van je slagaders, maar misschien wel aan het afsterven van je hartspier. Moet je van de dokter statines nemen (en durf je het niet aan met de tips die ik je hieronder ook nog meegeef), vraag dan tenminste ook een goed co-enzym Q10 supplement.

Statines belasten door hun werking ook de lever in sterke mate. Vaak zijn ze mee verantwoordelijk voor leveraantasting of zelfs hepatitis. Let dus zeker op met statines als je al last hebt van je lever.

Goede alternatieven om je bloedvaten gezond te houden

Eerst en vooral raad ik je een natuurlijke voeding aan die bestaat uit volwaardige producten: groenten en fruit, volle granen, gezonde vetten zoals koudgeperst en ongeraffineerde olijfolie, voldoende omega 3 vetzuren (uit koudgeperste lijnzaalolie die je onverwarmd gebruikt), uit walnoten, pompoenpitten en groene groenten, uit vette vis), voldoende vitamine B6, B9 (foliumzuur) en B12.

Vervolgens kan ik je twee voedingssupplementen aanraden:

Het eerste is gefermenteerde rode rijst, liefst in een vorm waar co-enzym Q10 aan toegevoegd is. Gefermenteerde rode rijst doet op een natuurlijke manier (en dus zonder heel wat van de schadelijke nevenwerkingen) wat cholesterol verlagende medicijnen ook doen. Het verlaagt je cholesterol. Zelf vind ik dit echter niet de beste keuze naar hart- en vaatziekten toe. Je pakt er immers weer alleen maar de cholesterol mee aan. Ik hoop dat je ondertussen ook voldoende beseft hoe nodig cholesterol in je lichaam wel is.

Vandaar dat ik je liever een ander supplement aanraad: gefermenteerde knoflook. Dat knoflook goed is voor de gezondheid, is al lang geweten. Maar knoflook heeft ook een paar minder goede bijwerkingen, zeker als je het in grote hoeveelheden zou gaan eten. Gefermenteerde knoflook daarentegen behoudt en versterkt de goede werkingen van knoflook en vermijdt de negatieve kanten ervan. Als het gaat om hart- en vaatziekten heeft gefermenteerde knoflook de volgende goede eigenschappen:

  • Als je cholesterol te hoog is, doet gefermenteerde knoflook die dalen en ze verbetert zelfs de verhouding tussen de goede cholesterol (HDL-cholesterol) en de slechte cholesterol (LDL-cholesterol). Ze vermijdt vooral de omzetting van LDL-cholesterol in oxycholesterol en dat is een heel goede zaak.
  • Gefermenteerde knoflook zorgt bij verhoogde bloeddruk voor een duidelijke daling.
  • Gefermenteerde knoflook werkt als een natuurlijke bloedverdunner. Het doet dat niet zoals bloed verdunnende medicijnen, door de stolbaarheid te verminderen, maar wel door het verkleven van de bloedplaatjes te vermijden. Je bloed stolt dus nog zoals voorheen, maar er ontstaan minder bloedklonters in je bloedvaten doordat de bloedplaatjes niet meer aan elkaar of aan de bloedvatwand gaan kleven.
  • Het gehalte aan homocysteïne, een werkelijke bedreiging voor het ontwikkelen van hart- en vaatziekten, daalt onder invloed van gefermenteerde knoflook.

Als ik je dus, bij een verhoogde kans op hart- en vaatziekten, één natuurlijk supplement mag aanraden, dan is het wel gefermenteerde knoflook. Als ik je er daarbij een tweede mag aanraden, dan zijn het omega 3 vetzuren. De combinatie van deze beide is een ware weldaad voor hart en bloedvaten.

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in.

GEZONDHEIDWIJZER bij diabetes type 2

Diabetes type 2, ‘t is te zeggen ouderdomsdiabetes of suikerziekte …

Is dit niet een ziekte die wij als ‘normaal’ beschouwen? Die hoort er toch gewoon bij van zodra je wat ouder wordt. Van de dokter of de diëtist krijgt je misschien een paar tips om in je voeding wat suiker te vermijden, … maar men gaat er eigenlijk van uit dat er geen terugkeer mogelijk is. Eerst wordt er nog met pillen gewerkt, en later komen gegarandeerd de inspuitingen met insuline aan de beurt. 

Ouderdomsdiabetes, minder vanzelfsprekend dan wij denken

Toch is diabetes type 2, ook ouderdomsdiabetes genoemd, niet zomaar een noodzakelijk gevolg van het ouder worden. Enerzijds zijn er mensen die tot op hoge leeftijd helemaal geen last hebben van deze ziekte, en anderzijds zijn er jammer genoeg steeds meer jonge mensen – tot zelfs kinderen toe – die lijden aan die zogenaamde ‘ouderdomsdiabetes’. Diabetes type 2 is in de Westerse wereld aan een ongelooflijke opmars bezig. 

Of het ook anders kan? Jawel!

Men heeft in de loop van de laatste honderd jaar natuurvolkeren ontdekt met een ongelooflijk goede gezondheid. Deze gemeenschappen telden verschillende supergezonde honderjarigen. Van cariës, hart- en vaatziekten, kanker … én diabetes was bij deze mensen geen sprake. Van zodra deze volkeren echter overschakelden op onze Westerse voeding, ontstonden ook bij hen alle Westerse welvaartsziekten, inclusief diabetes type 2. Hieraan zie je dat ouderdomsdiabetes meer te maken heeft met voeding en leefwijze dan met ouderdom. Met de juiste manier van leven en eten zou ouderdomsdiabetes dus eigenlijk niet hoeven …

Diabetes type 2 is in de eerste plaats een aandoening die wordt veroorzaakt door een Westers voedingspatroon dat bulkt van de minderwaardige voedingsmiddelen als suiker, snoep, frisdrank, witmeelproducten, junk food, verhitte vetten en kant- en klare maaltijden. Vooral de geraffineerde suikers, die in zowat alle bereide voedingswaren worden toegevoegd, spelen een dominante rol. 

Daarnaast spelen ook onvoldoende beweging en stress een grote rol. Bij beweging verbruik je immers suiker, en dat gaat diabetes tegen. Bij stress daarentegen komt juist extra suiker in de bloedbaan terecht. Je moet immers kunnen vechten of vluchten – althans zo ging dat in oeroude tijden. Vandaag krijgen wij stress, terwijl we moeten blijven zitten – je gaat immers niet zomaar op de vuist of je loopt niet zomaar weg uit een moeilijke situatie. Gevolg: de vrijgemaakte suiker blijft in je bloed … en jij komt weer een stapje dichter bij diabetes.

Ouderdomsdiabetes, een ziekte met heel wat nare gevolgen

Waarom ik ouderdomsdiabetes een venijnige ziekte noem?

Wel, alhoewel de diabetes als ‘eerder normaal bij het ouder worden’ wordt beschouwd, leidt de ziekte op termijn tot heel wat ernstige complicaties. Wellicht weet iedereen zowat dat diabetes ervoor zorgt dat wonden minder gemakkelijk genezen. Je wordt ook minder gevoelig voor pijn. Deze combinatie zorgt er wel eens voor dat tenen of vingers afsterven en geämputeerd moeten worden. Diabetes leidt ook heel makkelijk tot vertroebelen van de ooglens en zelfs tot blindheid. Er kunnen gevoelsstoornissen optreden: tintelingen of een voos gevoel. Je wordt gevoeliger voor infecties zoals schimmelinfecties, abcessen, urineweginfecties, virusinfecties, …

Minder gekend is echter dat diabetes ook de kans op hart- en vaatziekten, herseninfarcten en kanker verhoogt. Wil je ook maar iets doen om deze levensbedreigende ziektes te vermijden, zorg er dan voor dat je geen ouderdomsdiabetes krijgt. En als je al diabetes type 2 hebt, doe er dan alles aan om de ziekte onder controle te houden of zelfs terug te dringen. 

Ouderdomsdiabetes, makkelijk te vermijden of terug te draaien

Het goede nieuws is dat diabetes type 2, anders dan diabetes type 1, te vermijden of terug te draaien valt. Alleen al door het aanpassen van je voedingsgewoontes kun je een sterke daling van je bloedsuikerspiegel bewerkstellingen.

Wat is eigenlijk het probleem? Suikerrijke voeding komt heel vlug de bloedbaan binnen en zorgt daar voor een hevige reactie. Ons lichaam streeft naar evenwicht, en in dit geval gebeurt dit door het hormoon insuline. Onze pancreas produceert insuline, die vrijgegeven wordt als er te veel glucose – da’s een andere naam voor suiker – ineens in het bloed terecht komt. Insuline zorgt ervoor dat de cellen die glucose opnemen.

Als die glucose op dat moment nodig is, omdat je aan het sporten bent, bijvoorbeeld, dan verbruiken de cellen die glucose. Op dat moment is er niks aan de hand. Als de glucose op dat moment echter niet nodig is, wordt die in de cellen omgezet in vet. Jawel, we worden dik door suiker en door het hormoon insuline dat die suiker uit ons bloed moet halen. Nu kan het gebeuren dat het lichaam niet zo goed meer reageert op het hormoon insuline. Als onze cellen te vol zitten en helemaal geen glucose meer willen, dan is er steeds meer insuline nodig om toch nog voldoende suiker uit het bloed te halen. Tot onze pancreas het begeeft: we kunnen onmogelijk nog voldoende insuline aanmaken …

Wat is dan de oplossing? Eigenlijk is het simpel …

Laten we ervoor zorgen dat er veel minder suiker in ons bloed terecht komt. En laten we vooral de suikerpieken vermijden die volgen op het eten van al te suikerrijk of zetmeelrijk voedsel. Om het met een technische term te zeggen: laten we vooral voedsel eten met een lage glycemische index en een lage glycemische lading. Vertaald in gewone mensentaal (en misschien wel een beetje te kort door de bocht) betekent dit: Vermijd enerzijds voedsel waar geraffineerde suiker in zit, zoals koek en snoep en frisdrank, maar ook zowat alle kant- en klare voeding. Vermijd ook een overdaad aan zetmeelrijke producten zoals aardappelen, brood en pasta. 

Wat mag je dan wel eten? Wel, kies volop voor groenten! Varieer daarbij zoveel als je kunt, want elke groente brengt zijn eigen gezondmakende stofjes aan. Fruit mag ook, maar misschien toch een beetje meer met mate. En beperk dan vooral gedroogd fruit en fruitsappen. Als je daarbij dan ook nog kiest voor kwaliteitsvolle eiwitten (en dus geen chapelurevlees of charcuterie, waar ook weer suiker in verschillende versies in zit), ben je al een heel eind op de goede weg. 

Is dit dan niet een hele ommezwaai in hoe en wat we eten? Voor sommige mensen wel, dat geef ik toe. En toch is het niet zo moeilijk. Probeer eens bij de warme maaltijd de aardappelen te vervangen door een tweede soort groenten. Jawel, het wordt makkelijker als je zorgt voor twee soorten groenten. Je krijgt dan minder het gevoel dat je iets mist. Of laat de boterhammen links, en eet in de plaats daarvan groenten (warm of koud of onder de vorm van soep) met daarbij ofwel een stukje kaas, ofwel wat vis of vlees … ofwel een handvol noten, zaden of pitten. ‘t Lekker, ‘t vult goed … en je vermijdt er een bloedsuikerpiek mee!

Zoals je ziet, met een beetje creativiteit kun je jouw gezondheid en die van je tafelgenoten een heel stuk vooruit helpen …

Veel succes!

Kiezen voor echt voedsel

Er was een tijd – de tijd waarin onze overgrootouders leefden – dat voedsel nog gewoon voedsel was. Een appel was een appel, een brood was een brood en vlees was gewoon vlees. Nu moeten we in grootwarenhuizen vaak zoeken naar gewoon voedsel. Zowat 90% van wat er als voedsel verkocht wordt, is kant- en klaar, voorbewerkt, geproduceerd om er goed uit te zien en om lang te bewaren, verpakt in plastic, blik of kartonnen dozen met een aluminium binnenkant, …

Zoveel chemische toevoegingen

Via onze voeding krijgen we ongelooflijk veel chemische (en dus lichaamsvreemde) stoffen binnen: pesticiden, antibiotica, smaakstoffen, kleurstoffen, bewaarmiddelen, glansmiddelen, synthetische zoetstoffen, … Hoe al die stoffen in ons lichaam reageren, weet men eigenlijk niet. Je moet weten dat in 1906 in Amerika een wet is aangenomen (en die wet is achteraf in de hele wereld overgenomen!) dat producenten niet per se moeten bewijzen dat wat zij op de markt brengen niet schadelijk is. Het is eerder omgekeerd: de overheid moet bewijzen dat iets schadelijk is, voordat ze het van de markt kan halen. 

Jaarlijks komen er op die manier zo’n 1000 nieuwe chemische stoffen ons leven binnen. Die zitten niet alleen in voeding, maar ook in pesticiden, bouwmaterialen, verzorgingsproducten, medicijnen, … De overheid heeft tijd noch geld om dat allemaal te checken op gevaar voor onze gezondheid. En zelfs als men dit al voor elk product afzonderlijk zou kunnen doen, dan nog weten we niet wat zogenaamd veilige dosissen van deze producten doen als ze met elkaar een chemische reactie aangaan in ons lichaam. Door sommige medici wordt nu al aangegeven dat heel wat mensen sterven aan vergiftiging zonder dat ze het weten. Een derde tot zelfs de helft van alle kankers zou ontstaan door gifstoffen in ons lichaam. 

Kies voor natuurlijke producten

We kunnen niet alles tegelijk aanpakken, dus laten we eerst eens ons voedsel onder de loep nemen …

Willen we onze gezondheid beschermen, dan kunnen we niet anders dan kiezen voor gezonde voeding. Maar wat is nu ‘gezonde voeding’? Als we de reclame mogen geloven, dan is margarine dé oplossing tegen hart- en vaatziekten, dan zijn ontbijtgranen met toegevoegde vitamines en mineralen een topper, dan is zero-frisdrank een must in de strijd tegen diabetes, … De voedingsindustrie speelt handig in op elke nieuwe kwaal die opduikt in de medische wereld. Ze brengt sterk bewerkte voedingsproducten op de markt met een label van gezondheid. Dat deze voeding op zich al verarmd is (want al te zeer geraffineerd) en zelfs vergiftigd (want wat wordt er niet allemaal aan chemische stoffen aan toegevoegd), daar wordt vanzelfsprekend met geen woord over gerept. 

Ik hou een pleidooi voor natuurlijke producten: 

  • Smeer je graag een beetje vet op je boterham? Geen probleem: kies voor boter (of als je de smaak daarvan niet lust, voor ongeraffineerd kokosvet) en niet voor margarine. Wat de voedingsindustrie je ook wil laten geloven: margarine verbetert je gezondheid echt niet!
  • Appelmoes? Neem gewoon lekkere appels, schil ze, snijd ze in stukken en kook ze tot moes. Vaak hoeft er zelfs niet eens nog suiker bij. Veel gezonder, als je ‘t mij vraagt, dan een pot kant en klare appelmoes die bewaarmiddelen of massa’s suiker nodig heeft om nog eetbaar op je bord te kunnen belanden.
  • Eet je graag wat vlees? Kies dan voor een stukje ‘echt’ vlees i.p.v. voor iets wat geprepareerd is en in paneermeel verpakt zit. Je vermijdt er een hoop kleur- en smaakstoffen mee.
  • Blijf ook absoluut van charcuterie af, want wat daar allemaal in zit, wil je zelfs gewoon niet weten …
  • Fruityoghurt of platte kaas? Kies een goede kwaliteit pure yoghurt of platte kaas en voeg daar stukjes vers fruit of fruitpuree aan toe. Zalig lekker!
  • Koekjes of taart? Waarom niet eens zelf de keuken in duiken en met bloem, boter, melk, eieren en suiker aan de slag? Je zult een lekkerder en gezonder resultaat bekomen. En als je jezelf zo ver kunt brengen dat je alleen zelfgemaakt lekkers eet … dan zul je er wellicht ook een pak minder van eten dan je nu doet!

Eigenlijk is het simpel. Vraag je bij elke voedselkeuze af of je een meer natuurlijk alternatief kunt vinden. Op die manier geef je je lichaam heel wat meer verse vitamines, mineralen en andere gezondmakers én vermijd je er een hoop toxische stoffen mee. Een gulden regel hierbij is: Eet niet wat je overgrootmoeder niet als voedsel herkend zou hebben!

Kies voor biologisch voedsel

Ja, inderdaad, kies pas in tweede instantie voor biologisch voedsel. Zoals je wel zult weten, kost biologisch voedsel meer dan regulier gekweekt voedsel. En juist daarom vind ik het knettergek om alles wat we gewoonlijk kopen nu ook allemaal biologisch te gaan kopen. Ik vind er meer heil in om eerst eens ‘grote kuis’ te houden in wat ik allemaal eet, om daarna te proberen wat overblijft ook biologisch aan te kopen. Zo vind ik het absoluut een goed idee om groenten, fruit, kaas en vlees in de bio-winkel aan te schaffen. Cake of koekjes maak ik liever zelf, de ingrediënten daarvoor kies ik dan weer uit het bio-assortiment. 

Waarom biologisch? Wel, er zitten hoe dan ook veel minder chemische toevoegingen in. Groenten en fruit bevatten minder gifstoffen en meer fytonutriënten. Deze laatste zijn kruidige stoffen, als het ware de immuniteit die de plant zelf opbouwt tegen insekten, ruspen en slakken, bacteriën, virussen, schimmels, … En het zijn juist deze stoffen die ook onze gezondheid een boost geven. Bio-vlees bevat geen hormonen noch antibiotica, die aan regulier gekweekte dieren preventief gegeven worden. Grasgevoederde dieren zullen ons minder allergieën bezorgen dan met maïs en soja gevoederde dieren. Aan bio-brood wordt geen broodverbeteraar toegevoegd, …

Biologisch voedsel is natuurlijk minder makkelijk te vinden dan regulier geteeld voedsel. Alhoewel, … onze grootwarenhuizen spelen ondertussen gretig in op de bio-trend die in gang is gezet. De diverse warenhuizen bieden alvast een basis aan biologische producten. Verder zijn er natuurlijk ook de bio-grootwarenhuizen en -winkels, waar we voor meer dingen terecht kunnen en er ook een grotere keuze hebben in het assortiment. En tot slot zijn er de bioboeren die op boerenmarkten, in coöperatieven of op de boerderij zelf hun producten aan de man brengen. Wie een beetje moeite doet, vindt vast wel wat hij zoekt!

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in. 

%d bloggers liken dit: