Joggende vrouw bij eerste daglicht

Nuchter bewegen

Nuchter bewegen?

Misschien vraag jij je af wat ik bedoel met ‘nuchter bewegen’. Begrijpelijk, en dus schets ik eerst even waar het om gaat, vooraleer ik het heb over de gezondheidsvoordelen ervan. Als we de term ‘nuchter’ gebruiken, als in ‘je moet nuchter blijven’, dan bedoelen we meestal dat je nog niet gegeten of gedronken mag hebben. Denk maar aan ‘nuchter achter het stuur’ (geen alcohol genuttigd hebben) of nuchter naar de dokter omdat je een bloedonderzoek moet ondergaan (nog niet ontbeten hebben).

Met de term ‘nuchter bewegen’ bedoelen we iets gelijkaardigs:

  • Vooraleer je ‘s morgens aan de ontbijttafel gaat, doe je eerst wat fysieke inspanning. Denk maar aan ochtendgymnastiek, een fikse wandeling voor het ontbijt, even de hometrainer op en stevig doorfietsen en dan pas je eerste maaltijd nuttigen, of zelfs … een paar keer de trappen op en af voordat je aan tafel gaat.
  • Voor elke maaltijd, en dus ook voor het middagmaal en voor het avondmaal, beweeg je eerst even. Het is dan de bedoeling dat je kort en krachtig een bepaalde spiergroep in actie zet tot je vermoeidheid in die spiergroep begint te voelen. 

Als we dat doen, dan doen we precies dat wat ons lichaam nodig heeft om gezond te blijven. We volgen als het ware onze oorspronkelijke gebruiksaanwijzing: eerst inspanning doen om voedsel te vinden, te verzamelen, te bereiden … en dan pas aan tafel gaan. We verbruiken energie voordat we nieuwe energie toevoegen.

Wat er dan gebeurt in ons lichaam?

 Ons lichaam is een fantastisch instrument. Het is voorzien op tijden van overvloed én het is voorzien op tijden van schaarste. Om je daarvan te vertellen, moet ik je laten zien wat er gebeurt als wij eten.

  • Voedsel komt binnen en wordt in een compleet proces, waar ik nu niet dieper op inga, verteerd van voedselbrokken tot de allerkleinste moleculen. Die moleculen – koolhydraten, vetten, eiwitten, water, vitamines en mineralen – gaan door de darmwand heen en komen in ons bloed terecht. 
  • Eiwitten zijn bouwstoffen voor ons lichaam. Vetten kunnen bouwstoffen zijn, maar ook energiereserve. Koolhydraten – ook suikers genoemd – dienen enkel als energiebron. En juist over die koolhydraten moeten we het vandaag hebben.
  • Koolhydraten die het lichaam binnenkomen onder de vorm van glucose geven het lichaam energie zonder dat er verdere verwerking nodig is. Glucose zorgt ervoor dat de bloedsuikerspiegel stijgt. 
  • Gebruiken we die energie direct, dan is er geen probleem. Dat gebeurt vanzelf als de suikerpiek niet te hoog gaat. Dan hebben we die energie nodig om gewoon te bestaan: hartslag, ademhaling, spijsvertering, warmtehuishouding, werking van hersenen en zenuwen en nog zoveel dingen meer vragen continu energie. Gaat de suikerpiek toch hoger, omdat we veel zoet of zetmeel aten, bijvoorbeeld, dan moeten we gaan bewegen om de overtollige energie op te souperen. Doen  we dat niet, dan blijft de bloedsuikerspiegel hoog.

Wat gebeurt er nu met die overtollige energie? Wel, ons lichaam kent twee mogelijke manieren om die energie te stockeren:

  • Als eerste gaat ons lichaam die glucose omzetten in glycogeen. Die glycogeen wordt opgeslagen, enerzijds in onze lever (zo’n 75 gram) en anderzijds in onze spieren (zo’n 150 gram). Glycogeen is een vorm van reserve-energie die zeer vlot aangesproken kan worden. Als we gaan bewegen, bijvoorbeeld, dan is het helemaal niet nodig om tegelijk ook te gaan eten om energie te hebben. Dan wordt die glycogeen uit de spieren aangesproken. De reserves worden leeggemaakt, en bij een volgende maaltijd weer aangevuld. De glycogeenreserves in de lever worden aangesproken voor alle andere processen in ons lichaam die energie vragen. 
  • Vervolgens geeft onze pancreas, als er nog te veel suiker in ons bloed aanwezig blijft, insuline vrij. Insuline verbindt zich in ons bloed met vrije glucosemoleculen en transporteert die overtollige glucose naar onze vetcellen. In die vetcellen wordt suiker omgezet in vet. En dat vet kan – in tegenstelling tot het vet dat we eten – alleen nog gebruikt worden als energiebron. In tijden van echte schaarste wordt dat vet opnieuw omgezet in glucose. 

Over het grote voordeel van nuchter bewegen

Als we nu nuchter gaan bewegen, dan maken we de glycogeenreserves in spieren en lever leeg. Dat maakt dat, als we daarna gaan eten, de bloedsuikerspiegel veel minder stijgt. Heel wat glucose wordt immers omgezet in glycogeen om de leeggemaakte reserves weer aan te vullen. Als we er dan nog op letten dat onze maaltijden niet al te veel koolhydraten bevatten, maar eerder meer eiwitten en vetten, dan is er amper insuline nodig. 

Dat betekent:

  • Veel minder kans op het ontwikkelen van diabetes type 2, en voor mensen die al diabetes type 2 hebben, de mogelijkheid om die kwaal om te keren. Nuchter bewegen, in combinatie met een aangepaste voeding, kan diabetes type 2 zo goed als genezen.
  • Veel minder kans op het ontwikkelen van obesitas. Aangezien bij een te hoge bloedsuikerspiegel insuline ervoor zorgt dat de overtollige suiker in vetcellen opgestapeld wordt onder de vorm van vet, kun je met recht en reden stellen dat het eten van veel koolhydraten obesitas in de hand werkt. Als nu, door nuchter bewegen, de bloedsuikerspiegel nooit zo hoog kan worden omdat heel wat glucose meteen omgezet wordt in glycogeen, dan mag je als vanzelf veronderstellen dat er minder vet aangemaakt wordt. Ga je net een beetje verder dan het opgebruiken van de glycogeenreserves, dan wordt ook het vet uit die vetcellen opnieuw omgezet in de nodige glucose. 

Nuchter bewegen helpt op die manier het lichaam om weer evenwicht te vinden. Het zelfgenezend vermogen van ons lichaam gaat daarbij weer op volle toeren draaien. En kun je in het begin nog wel eens last hebben van plotse suikerval en dus een gevoel van flauwte, na verloop van tijd zal je merken dat je gewoon langere tijd zonder voedsel kunt. Je lichaam schakelt dan als het ware over van suikerverbranding naar vetverbranding. 

Heb ik je warm gemaakt? Doe je mee met nuchter bewegen? Laat gerust hieronder een berichtje na, en vertel ons over hoe jij dit gezond makende principe in praktijk brengt.

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in. 

 

Iemand prikt bloed om de bloedsuiker te meten.

Keer Diabetes2 Om

Keer Diabetes2 Om, zoals ik het in de titel van deze blog geschreven heb, is een Nederlands programma van Voeding Leeft. Ik volg al een tijdje de berichten die zij wekelijks online brengen, en ik moet zeggen, ik ben fan van hun programma. Jammer genoeg kunnen wij, Vlamingen, nog niet aan het programma ‘Keer Diabetes2 Om’ of aan de andere programma’s van ‘Voeding Leeft’ deelnemen. Er zijn onderhandelingen gaande met diverse partijen in Vlaanderen om het programma ook voor ons beschikbaar te stellen, maar zover is het nog niet.

Ondertussen wil ik jullie alvast warm maken voor de grote pijlers waaruit dit programma bestaat. Zoals ik het zie, is het een programma dat niet alleen diabetes type 2 kan omkeren, maar – veel ruimer dan dat – ook een manier van leven die heel veel andere chronische gezondheidsklachten op afstand kan houden. In mijn schrijven van vandaag, licht ik de vier pijlers van het programma toe. Ik vertel je hoe ze op je gezondheid inwerken en hoe ze hun effect hebben op het omkeren van diabetes én van obesitas én van hart- en vaatziekten én van … (Vul zelf maar in, zowat elke chronische klacht zal beter worden, als je met dit programma aan de slag gaat).

De vier pijlers zijn:

  • Een gezond voedingspatroon
  • Regelmatig bewegen
  • Zorgen voor echte ontspanning
  • Voldoende slaap

Een gezond voedingspatroon

Als we aan diabetes denken, in de volksmond ‘suikerziekte’ genoemd, dan is de allereerste aanbeveling natuurlijk om je voeding aan te passen. Spontaan denken we aan ‘geen suiker meer eten’. En ja, daar komt het voor een groot stuk wel op neer, maar ‘geen suiker meer eten’ is toch wat complexer dan het lijkt. Er is natuurlijk suiker als in ‘snoepgoed’ en ‘taart’ en ‘dessert’, maar er is ook suiker als in ‘brood’ en ‘pasta’ en ‘koolhydraatrijke voeding’ én er is suiker als in ‘toegevoegde suikers’ in zowat alle kant-en-klare voeding.

In een eerdere blog – GEZONDHEID-WIJZER bij diabetes type 2 – schreef ik hier al uitgebreid over. Om het kort nog even samen te vatten:

  • Vermijd zichtbare suikers in je voeding.
  • Eet koolhydraat-arme maaltijden.
  • Maak je voedsel zelf klaar.
  • Kies voor natuurlijke producten.

Als je je abonneert op de nieuwsbrief van ‘Keer Diabetes2 Om’ krijg je regelmatig tips én makkelijk klaar te maken en gezonde recepten. Ik kan het je alleen maar aanraden.

Regelmatig bewegen

‘t Was te voorspellen, natuurlijk, dat ook beweging in het programma terug te vinden zou zijn. ‘t Is de logica zelve, zou je kunnen zeggen. Door gezond te eten kunnen we ervoor zorgen dat er minder suikers binnenkomen (en vooral, dat er minder suikerpieken ontstaan). Door te bewegen verbruiken we energie, en die energie komt in de eerste plaats door het verbranden van suikers in de energiecentrales in onze cellen, de mitochondriën.

Maar er is meer aan de hand. Als wij regelmatig bewegen, breken we vetten af en bouwen we spieren op. Op de weegschaal zullen we in het begin geen verandering zien, want spierweefsel weegt meer dan vetweefsel. Toch zullen we het verschil wel merken, want met de afbraak van vetweefsel en de opbouw van spierweefsel krijgen we als vanzelf een mooier figuur. Omdat spierweefsel compacter is, wordt onze omvang kleiner. We zien er slanker uit. Ook onze huid wordt zuiverder, want vetweefsel zorgt voor ontstekingen (acné, bijvoorbeeld), en spierweefsel doet dat niet. En last but not least, spierweefsel gebruikt ook als het in rust is meer energie dan vetweefsel. Als we regelmatig bewegen, zullen we zelfs in onze slaap meer energie en dus meer suikers verbruiken dan als we dat niet doen. Ik veronderstel dat dit alles voldoende reden is om op te staan uit die luie zetel en dan toch maar in beweging te komen.

Alleen, dat laatste blijkt niet altijd het geval. Vaak hebben we een extra zetje nodig om het toch maar te doen. Daarom een paar tips die het je makkelijker kunnen maken:

  • Voeg kleine beweegmomentjes toe:
    • Doe je bureauwerk, sta dan regelmatig even recht.
    • Kijk je TV, leg de zapper dan bij de TV in plaats van naast je op de bank. Het verplicht je om recht te staan als je van zender wil veranderen.
    • Parkeer je auto net een beetje verder weg van waar je moet zijn, zodat je telkens een stukje te voet moet doen.
    • Ben je aan het opruimen, breng de dingen dan direct naar de plek waar ze thuishoren. Vaak moet je daar een paar stappen meer voor zetten, vb. wat vaker naar boven toe. Opgeruimd staat netjes, en het geeft je ook ‘bewegingswinst’.
  • Maak er een gewoonte van. Plan dagelijks een kort bewegingsmoment in je agenda in, en hou je daar ook aan. Eens iets een gewoonte is, lukt het je veel makkelijker om het vol te houden.
  • Kies vanzelfsprekend een vorm van beweging die jij graag doet. Voor mij is dat wandelen, voor een ander kan het fietsen zijn of zwemmen of fitness. Wat je graag doet, blijf je wellicht makkelijker doen.
  • Spreek af met iemand om samen te bewegen. Als jij dan eens geen zin heb, doe het wellicht toch om die ander niet teleur te stellen.

Zorgen voor echte ontspanning

Minder voorspelbaar is ‘ontspanning’ in het rijtje van manieren om diabetes op afstand te houden. De verklaring hiervoor moeten we zoeken in ons stressmechanisme. Als je weet wat stress met je doet, dan begrijp je hoe onze vormen van chronische stress diabetes kunnen veroorzaken. Daarom dus eerst wat over stress …

Dat wij stress kunnen krijgen, heeft ons van uitsterven behoed. Zonder de mogelijkheid om stress te ervaren, was de mensheid al in oeroude tijden van het toneel verdwenen. Stress is in wezen een levensreddend mechanisme. Telkens we in een gevaarlijke situatie terechtkomen – denk maar aan die wilde dieren in de oertijd – maakt een stressreactie ons in staat om te vechten of te vluchten. Eén van de dingen die daarbij in ons lichaam gebeurt, is dat cortisol ervoor zorgt dat er meer suiker in het bloed terecht komt, zodat er energie beschikbaar komt om in actie te komen. Alleen, dat mechanisme komt nog steeds in actie, ook als wij werkdruk ervaren of in de file staan of als de kinderen vervelend doen. Veel van de stress die we op die manier ervaren, leidt niet tot extra beweging. De vrijgekomen suiker blijft verhoogd in ons bloed aanwezig … en de weg naar diabetes ligt open.

In het kopje boven deze paragraaf spreek ik van ‘echte’ ontspanning. Vaak noemen wij TV kijken of computerspelletjes spelen of smartphonegebruik ontspanning. Voor ons brein is het dat echter niet. Ons brein kan geen onderscheid maken tussen de spanning in een film, de negatieve berichtgeving in het nieuws, de drang om een computerspelletje te winnen, de vele informatie die we digitaal tot ons nemen enerzijds en echt gevaar anderzijds. Wat wij ontspanning noemen, ervaart ons lichaam vaak als extra stress. Echte ontspanning verkrijgen uit heel andere zaken:

  • Een boek lezen, een puzzel maken, … want dat brengt ons in een trager tempo. Ontspanning volgt vanzelf.
  • Huishoudelijk werk, tuinieren, … want bij dit soort klussen kan ons brein de indrukken van de voorbije dag verwerken.
  • Opgaan in een hobby, want daarbij leven we helemaal in het nu. We maken ons geen zorgen over wat was of over wat zou kunnen komen.
  • Dagdromen, mediteren, yoga of andere technieken om dichter bij onze kern te komen. Juist daar leren we zien wat echt belangrijk voor ons is en waar we ons gewoon minder druk over hoeven te maken.
  • Fysieke ontspanning, door beweging of door massage, want lichaam en geest staan wel degelijk met elkaar in verbinding.

Voldoende slaap

Misschien kijk je ook naar deze pijler met iets van verwondering. Wat heeft slaap in godsnaam met je bloedsuikerspiegel van doen? Toch is het niet zo vreemd. In de slaap vinden immers alle herstelprocessen in je lichaam plaats. Dat gaat over fysieke herstelprocessen, maar ook over emotionele en mentale herstelprocessen. Het is al langer geweten dat je in je dromen onverwerkte indrukken van de dag een plaatsje weet te geven. Bij een tekort aan slaap blijft als het ware je stressmodus gewoon aan, en dat heeft, zoals we hierboven aangaven, een negatieve invloed op je bloedsuikerspiegel.

Voldoende slaap, dat begint al met goed kunnen inslapen. Oude wijsheden geven aan dat de uren voor twaalf uur dubbel tellen. Het is inderdaad goed om de dag de dag te laten zijn, en de nacht de nacht. In vroegere tijden was het daglicht daar de indicator voor. Als het te donker werd om nog veel te kunnen doen, ging je gewoon slapen. Dat betekent ook dat we in de winter meer sliepen dan in de zomer. Hoe meer wij ons inpassen in dat natuurlijke dag- en nachtritme, hoe gezonder dat voor ons is.

Vervolgens is het doorslapen aan de orde. Mensen met slaapapneu worden vele keren wakker, vaak zonder dat ze het zelf beseffen. En wie overdag te druk bezig blijft en geen tijd inbouwt om tot rust te komen, wordt vaak na de eerste slaap wakker met een kop vol gedachten die niet stil te krijgen zijn. Ook daar gaat gezondheid verloren. Mensen die op deze manier slaapgebrek leiden, krijgen er makkelijk hardnekkige kilo’s bij en ook diabetes ligt op de loer.

Er valt dus heel wat gezondheidswinst te halen door in te zetten op voldoende slaap. Dat kan:

  • Door op tijd te gaan slapen.
  • Door een avondritueel in te bouwen, waarbij schermpjes uit gaan en het licht gedimd wordt, zodat je melatonine – dat is het slaaphormoon – gaat aanmaken.
  • Door niet te laat op de avond nog te eten. Een volle maag houdt je immers wakker, en de suikers die uit die late maaltijd nog vrijkomen, geven je nieuwe energie. Spreekt vanzelf dat je dan niet kunt slapen.
  • Door in te zetten op wat echt ontspant, want opgebouwde spanning maakt je te vroeg alweer wakker.

Een leefstijlprogramma

Keer Diabetes2 Om is een leefstijlprogramma, het behoort tot de leefstijlgeneeskunde. Ik geloof er alvast in dat er toekomst zit in die leefstijlgeneeskunde. Het vraagt van ons dat we bereid zijn om onze leefstijl aan te passen om onze gezondheid te behouden en zelfs om verloren gegane gezondheid opnieuw te verwerven. Als het gaat om de vele chronische ziektes van onze tijd, lijkt leefstijlgeneeskunde mij de enige weg. Laten we dus hopen dat programma’s als Keer Diabetes2 Om binnenkort ook in Vlaanderen mogelijk zullen zijn. Tot het zover is – en ook daarna nog, wellicht – kun je bij ons, gezondheidsbegeleiders terecht. Wij zijn immers geschoold in het versterken van je gezondheid op al deze manieren.

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in.

Foto's over gezondheid: gezonde voeding, een kind dat mediteert, een kopje kruidenthee, halters en een loopschoen.

Geef je gezondheid een zetje!

Gezondheidsdagen voor mensen met een beperking

Zoals je misschien al wist – of nog niet, dat maakt helemaal niet uit – werk ik in een voorziening voor mensen met visuele en andere beperkingen. Tijdens mijn opleiding al merkte ik hoe nieuwsgierig onze mensen waren naar de opleiding tot gezondheidsbegeleider die ik volgde. Op donderdag had ik les … en op vrijdag moest ik vertellen, week na week. En nu leidt dit alles tot een stageproject onder de titel ‘Geef je gezondheid een zetje!’

Samen met een paar medestudenten dompelen we onze cliënten de komende twee weken onder in de leefwereld van de natuurlijke gezondheidszorg. We hebben het over ons ‘lijf’ als bron van vreugde én als bron van pijn en ongemakken. We wagen ons aan een bewegingssessie, aan ademhalingsoefeningen. We hebben het over stress en over de vermindering daarvan, door bijvoorbeeld relaxatieoefeningen. We gaan op zoek naar lekkere, maar gezonde hapjes, helemaal oké, ook voor diabetici. We bieden ze ook een voetreflex en een massage aan, en als het weer het toelaat, gaan we ook voor een stiltewandeling.

Kortom, er is naar ieders goesting wel iets. En ondertussen brengen we gezondheid ter sprake op een heel eenvoudige manier. We doen het op een actieve manier, en hopen zo dat er toch één en ander zal blijven hangen. Want gezondheid, dat komt niet in een keer, maar in vele kleine beetjes …

Kleine dingen maken het verschil

Nee, als het over gezondheid gaat, dan hebben we het niet over een radicale keuze. We hebben het niet over een eenmalig ‘ja’ of een eenmalig ‘nee’, maar over telkens opnieuw een beetje meer richting gezondheid evolueren. Het zijn de vele kleine stapjes in de goede richting, die een verschil kunnen maken. En, goed nieuws, het begint voor ieder van ons op de plek waar we nu staan.

  • Heb je pijnklachten, denk dan aan bewegingsoefeningen of ontspanningsoefeningen. Overweeg een dieptemassage om verkrampte spieren los te laten maken.
  • Neig je naar overgewicht, obesitas of diabetes, denk dan eerst en vooral aan natuurlijke voeding. Vermijd fabrieksvoedsel met allerlei additieven. Eet wat minder en vooral ook wat minder vaak. Ook beweging en een goede nachtrust kunnen je helpen.
  • Heb je last van angst, van depressiviteit, van onbehagen? Voel dan eerst en vooral wat er te voelen valt, en accepteer dat. Maak regelmatig tijd om bij jezelf te verwijlen, om dieper te leren zien wat er hapert. En als het duidelijk wordt, gun dan jezelf wat nodig is om het tij te keren.
  • En dan is er stress, dé draak van onze dagen. Bij stress helpt in de eerste plaats beweging: ga stevig stappen of joggen, of sla je stress eruit tegen een boksbal. Denk pas in tweede instantie aan elementen van ontspanning: een warme douche, een rustmoment met wat zachte muziek, mindfulness of yoga. Stress bereidt ons immers voor om te vechten of te vluchten, en zolang die energie in ons lijf aanwezig blijft, lukt ontspannen niet.

En zo kan ik nog wel een tijdje verder gaan. Eigenlijk is het zo dat er voor ieder van ons een weg naar meer gezondheid bestaat. Als ik daarover nadenk, dan zie ik voor me een doos vol bolletjes wol. Er is nogal wat gerommeld in die doos, en de draadjes van die vele bolletjes wol zijn één nestel geworden. Verloren gezondheid herwinnen lijkt een beetje op het weer uit elkaar halen van die nestel met die vele draadjes wol. Trek je aan het ene draadje, dan bewegen de andere draadjes mee. Gaandeweg wordt duidelijker welke aspecten in jouw geval allemaal meespelen. Je begint te werken aan gezondheid op één vlak, en na verloop van tijd merk je dat er ook werk aan de winkel is op andere vlakken. Stapje voor stapje – of draadje voor draadje – werk je toe naar een betere gezondheid.

Eén ding nog wil ik je vertellen. Wacht met het genieten van je verworven gezondheid niet tot helemaal op het eind. Geniet van elke stap die je zet, van elk aspect van je wezen dat om aandacht vraagt. Het genieten van de reis zorgt ervoor dat je blijft gaan, want gezondheid is nooit af, de reis is nooit helemaal voorbij.

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in.

 

Iemand met een dikke buik meet de buikomtrek.

Vet vermijden?!? Suiker is de echte dikmaker!

Ik wil vermageren, en dus …

Het hele verhaal dat ik je vandaag wil vertellen, begint in de jaren ’50 van de vorige eeuw. De tweede wereldoorlog, die een echte hongeroorlog was, was voorbij. Je zag de eerste tekenen van de groeiende welvaart, … en tegelijk ook het begin van een obesitasepidemie en een stijging van het aantal hart- en vaatziekten. Ancel Keys, voedings- en gezondheidswetenschapper, deed onderzoek naar de correlatie tussen voeding enerzijds en het voorkomen van hart- en vaatziekten anderzijds. In 1958 publiceerde hij zijn ‘Zeven Landen Studie’, waarin hij concludeerde dat verzadigd vet de grote boosdoener was.

En dus, sinds die tijd wordt in de hele gezondheidszorg en dieetleer verzadigd vet in het verdomhoekje gezet. Oliën met onverzadigde vetten deden hun intrede, boter werd vervangen door margarine. (Wist je dat er in die begintijd meer mensen stierven door het eten van die margarine dan door het eten van boter? Die eerste margarines bestonden uit geharde onverzadigde oliën, en de onverzadigde vetzuren hadden zich tijdens het hardingsproces omgevormd tot transvetzuren. Welnu, als er één soort vet echt schadelijk is voor ons, dan zijn het wel die transvetten!)

Door de jaren heen zijn wij nog vele stappen verder gegaan. Vetten – ja zelfs onverzadigde vetten – werden hoe langer, hoe meer geweerd. Vette voedingsmiddelen werden verketterd. Light dressings en light mayo’s bevatten nu voor een deel ‘gemodificeerd zetmeel’ in plaats van vet. Vervolgens werd in heel veel producten waarin het vetgehalte verminderd was, suiker toegevoegd. Vet is immers een smaakmaker. Waar je vet weghaalt, heb je een nieuwe smaakmaker nodig, en meeste gevallen werd dat suiker.

Wat zien we gebeuren? Het aantal hart- en vaatziekten is niet verminderd, eerder in tegendeel. Zwaarlijvigheid en obesitas werden veeleer de norm dan de uitzondering. Hoeveel vet we ook weghalen uit de voeding, het helpt allemaal niks. En tegelijk zien we dat diabetes type 2, ook ouderdomsdiabetes genoemd, op steeds jongere leeftijd voorkomt. Gaat er dan geen belletje rinkelen?

Inderdaad, Ancel Keys maakte een verkeerde conclusie. Want jawel, na de tweede wereldoorlog steeg de consumptie van verzadigd vet, … maar de consumptie van suiker steeg minstens even vlug. Vet was nooit het echte probleem, het was altijd al suiker. Willen we dus met z’n allen gezonder en magerder worden, dan moet niet de vetconsumptie verminderen, maar het overvloedige gebruik van suiker.

Gezonde vetten zijn broodnodig!

Misschien geloof je me niet, en toch is het waar: Om gezond te kunnen functioneren, hebben we gezonde vetten nodig!

Zijn er dan gezonde en ongezonde vetten? Jawel, en het is belangrijk dit een beetje te snappen om gezonde gerechten op tafel te kunnen zetten:

  • Verzadigd vet is vet dat bij kamertemperatuur hard is. We hebben het over het vetrandje van vlees, maar ook bijvoorbeeld over boter of kokosolie. Hoe harder het vet bij kamertemperatuur, hoe meer verzadigd. Het voordeel van verzadigd vet, is dat het een stabiel vet is. Bij bewerking, bijvoorbeeld bij verhitten, ondergaat het niet zo gauw verandering. Alleen als je het vet verbrandt (en het dus gaat roken!) wordt verzadigd vet toxisch en dus kankerverwekkend. Wil je dus bakken en braden en zelfs frituren, dan is verzadigd vet een heel goede optie!
  • Onverzadigd vet is bij kamertemperatuur vloeibaar. Alle oliën bevatten dus onverzadigde vetzuren. Als je de moleculaire structuur van deze vetten gaat bekijken, dan zie je dat er een ‘zwakke’ plek in zit. Die ‘knik’ in het vetzuur heeft gezondheidsvoordelen, maar het is ook de plek waar het vet kan omslaan van gezond in superongezond. Als zo’n knik – bij verhitten of bij harden – omslaat, dan ontstaat een transvetzuur. En transvetten zijn de meest ongezonde vetten die je maar kunt eten. Frituren in olie is dus geen goed idee, echt niet! Er zijn soorten onverzadigde vetzuren:
    • omega 9-vetzuren: Olijfolie is hier de meest gekende. Olijfolie bestaat uit enkelvoudig onverzadigd vetzuur, en dat betekent dat er maar één knik in z’n structuur zit. Dat maakt olijfolie meer stabiel dan alle andere oliën. Vandaar dus ook dat je olijfolie wel nog mag gebruiken om groenten aan te stoven of om een stuk vlees of vis te bakken. Daar wordt deze olie niet toxisch van. Frituren zou ik er niet mee doen, dan wordt het vet te warm en dus wel weer toxisch.
    • omega 6-vetzuren: De meeste andere oliën bevatten vooral omega 6-vetzuren, en dat zijn meervoudig onverzadigde vetzuren. Ze zijn dus meer onstabiel dan olijfolie en niet meer geschikt om te verwarmen. Gebruik deze oliën dus enkel koud, als dressing bij groenten, bijvoorbeeld. Bijzonder aan omega 6-vetzuren is dat ze ontsteking bevorderen. Nu lijkt dat negatief, maar dat is niet helemaal waar. Als we ‘ziekmakers’ binnenkrijgen, dan is het van belang dat het ontstekingsmechanisme in gang gezet wordt. Er moet alleen evenwicht zijn met de omega 3 vetzuren, die dat ontstekingsmechanisme weer af kunnen zetten.
    • omega 3-vetzuren: Ook deze vetzuren zijn meervoudig onverzadigde vetzuren, en dus niet geschikt om te verwarmen. Hier kijken we naar lijnzaadolie, walnootolie en vooral vette vis. Van die omega 3-vetzuren hebben we er door de band tekort. Ideaal is een verhouding van 1:1 tot 1:5 tussen omega 3 en omega 6. In onze voeding ligt de verhouding ongeveer 1:20 en meer. Vandaar dus ook de vele ontstekingsziekten die we vandaag kennen.

Ongezonde vetten zijn dus

  • transvetten, veel gevaarlijker dan verzadigd vet
  • verbrande vetten, want die zijn kankerverwekkend
  • meervoudig onverzadigde vetzuren die verwarmd werden, want in dat proces ontstonden transvetten
  • een teveel aan omega 6-vetzuren en een tekort aan omega 3-vetzuren, want dat zorgt voor blijvende ontsteking

En hebben we ‘gezonde vet’ dan echt nodig? Absoluut, zeker weten!

Ik hoef je alleen maar op een paar dingen te wijzen:

  • Elke cel in ons lichaam heeft een membraam, een celwand, en die bestaat uit vet. Zonder gezonde vetten gaan onze celwanden kapot, en op termijn dus ook onze cellen. Ze functioneren minder goed, wij verouderen in een evenredig tempo. Klachten waar we niet meer van af komen, duiken op.
  • De basisbouwstof voor onze hersenen en onze zenuwen is vet. Zonder de nodige gezonde vetten om opbouw- en herstelprocessen uit te voeren, gaat het met ons zenuwstelsel bergafwaarts. Gevolgen zijn enerzijds hersen- en zenuwziektes als dementie, Alzheimer, Parkinson, Multiple Sclerose en anderzijds gemoedsstoornissen als depressie, stress, zenuwachtigheid.
  • Ons hormoonstelsel draait op steroïden, waarvan cholesterol er eentje van is. Zonder de nodige gezonde vetten kan dus ook ons hormoonstelsel verstoringen vertonen. De algemeen verminderde fertiliteit is daar een duidelijk voorbeeld van.

Suiker is de echte boosdoener

Niet vet, dus, maar suiker is de boosdoener, en dat heeft alles te maken met het hormoon insuline, dat onze bloedsuikerspiegel moet regelen. Insuline is een adipogeen hormoon, en dat betekent dat insuline vet aanmaakt uit suiker. Dat gaat zo:

  • Als je eet, komt er na de spijsvertering suiker of glucose in je bloed. Die glucose komt uit suiker in al zijn varianten, maar ook uit brood, pasta, aardappelen, groenten en fruit. Als die suikers goed verpakt zitten, in de vele vezels in groenten en fruit bijvoorbeeld, dan komt de glucose maar langzaam in het bloed terecht. Op dat moment is er geen probleem. Wij hebben immers suiker nodig, het is rechtstreeks toegankelijke energie.
  • Komt er, na het eten van een suikerrijke snack of na het drinken van frisdrank bijvoorbeeld, te veel suiker ineens in het bloed, dan komt insuline daarop af. Suiker kan immers je bloedvaten en je organen aanvallen en kapot maken. Daarom heeft ons lichaam een fantastisch regelsysteem waar insuline een rol in speelt. Insuline klikt zich aan de overtollige suiker vast en klopt bij een vetcel aan om die suiker daar af te leveren.
  • In de vetcel wordt de overtollige suiker omgezet in vet. Dat vet kan enkel dienen als reserve-energie. Het is niet van dezelfde waarde als vet in onze voeding, die ook als bouwstof gebruikt kan worden. Door het hormoon glucagon, tegenhanger van insuline, kan het vet in onze vetcellen weer omgezet worden in suiker, en dus in energie in tijden van nood. Alleen, … die tijden van nood breken op onze dagen nooit meer aan. Wij hebben voedsel in overvloed, de hele dag door.

Over suiker en zijn kwalijke werking in ons lichaam schreef ik eerder al: Suiker, de zoete boosdoener (deel 1) en Suiker de zoete boosdoener (deel 2).

… en dus anders gaan eten …

Wil je dus vermageren, dan zit er niks anders op dan blijvend anders te gaan eten. Je kunt volgende raadgevingen alvast in acht nemen:

  • Eet zoveel mogelijk onbewerkt voedsel. Bereid je voedsel zelf, ook vb. je vinaigrettes, dan gebruik je sowieso minder suiker.
  • Vermijd zoveel mogelijk suikerrijke dranken en fruitsappen. Ze hebben geen vertering nodig, ze bevatten suikers die zo je bloedbaan in komen.
  • Eet slechts drie keer per dag. Onthoud je van voortdurende tussendoortjes.
  • Beperk de hoeveelheid koolhydraten in je voeding. Kies eerder voor ‘Low Carb’ dan voor Low Fat’.

Blijvend van je overgewicht afraken is belangrijk voor je gezondheid. Tegelijk is het ook geen makkelijke klus. Wil je graag ondersteuning bij dit proces, dan kun je terecht bij mij of bij een van mijn collega’s gezondheidsbegeleiders.

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in. 

Een mistig landschap in het najaar

Het ‘vitamine D-seizoen’ komt eraan!

Vitamine D, een zonnevitamine

De meeste vitamines krijgen wij via onze voeding binnen. Met vitamine D ligt dat een beetje anders. Je kunt veel vette vis eten, zoals zalm en sardines en makreel en haring, en dat helpt al een beetje. Vitamine D zit in de vetten van deze vissen. Denk maar aan die vieze levertraan van vroeger. Je kunt ook grijpen naar eieren, boter, melk en kaas, want ook daar zit een klein beetje vitamine D in. En toch kan dat alles niet tippen aan de hoeveelheid vitamine D die we onder invloed van direct zonlicht aanmaken in onze huid. Willen we voldoende vitamine D aanmaken om gezond te blijven, dan moeten we met z’n allen aan de evenaar gaan wonen. In de zomer hebben we misschien net voldoende vitamine D ter beschikking, op voorwaarde dat we op het middaguur minstens een half uur in de zon komen met nogal wat ontblote huid en zonder zonnebrandcrème. Een andere optie is het om – misschien wel het hele jaar door, maar zeker tijdens de wintermaanden – een goed vitamine D3 supplement te nemen.

Vitamine D3 en sterke botten

Vitamine D3 speelt een heel belangrijke rol in de calciumopname, en is dus van levensbelang voor sterke botten, sterke tanden en goed werkende spieren. Voor goede botten en tanden en voor goed functionerende spieren zijn in gelijke mate voldoende calcium en voldoende magnesium nodig. Om de calcium uit onze voeding op de juiste plaatsen te krijgen, hebben we twee vitamines nodig. Vitamine D3 haalt calcium uit de voeding en brengt die in het bloed, en dat is alvast het halve werk.

Maar misschien hoorde je al van mensen die tegelijk osteoporose of botontkalking hebben én atherosclerose of aderverkalking (in wezen gaat het om slagaderverkalking). Dat zijn de mensen die wellicht wel vitamine D3 nemen, maar niet die andere o zo belangrijke vitamine. Wat deze mensen nodig hebben, bovenop vitamine D3, dat is vitamine K2. Deze laatste doet het vervolgtransport: ze haalt de calcium uit het bloed en brengt die naar de botten, de tanden, de spieren en overal waar calcium nog nodig mocht zijn. Vitamine K2 wordt enerzijds aangemaakt in onze darmen door goede darmbacteriën en anderzijds vinden we ze vooral in gefermenteerde voedingsmiddelen, zoals zuurkool of yoghurt en kwark. Bij neiging tot atherosclerose is wellicht ook een supplement nodig.

Vitamine D3 als regulator

Vitamine D3 reguleert in ons lichaam heel wat processen. Deze vitamine heeft invloed op het hartritme, de bloeddruk, de bloedviscositeit (ofte het al dan niet stroperig worden van ons bloed), de bloedsuikerspiegel, het zenuwstelsel en zelfs de celgroei. Dat betekent dat vitamine D3 een rol speelt in het vermijden van hart- en vaatziekten, diabetes, ziekten van de hersenen en de zenuwen – van zenuwachtigheid, prikkelbaarheid en depressiviteit tot dementie, multiple sclerose en de ziekte van Parkinson – en zelfs kanker. Tel daarbij nog de rol van vitamine D3 in het vermijden van osteoporose, cariës en tanduitval én spierzwakte en je begrijpt hoe belangrijk een goede Vitamine D status in je lichaam is.

Vitamine D3 en het immuunsysteem

De vitamine die we vandaag onder de loep nemen is ook nog eens van onmisbaar belang voor een goed werkend immuunsysteem en wel op twee fronten tegelijk:

  • Vitamine D3 hebben we absoluut nodig in de preventie en de aanpak van winterse infecties, zoals verkoudheid en griep, maar ook COVID in al zijn varianten. Indien nodig stimuleert vitamine D3 ons immuunsysteem, zodat het vreemde indringers te lijf kan gaan. Bij voldoende voorraad gaat dat vaak zelfs zonder dat wij symptomen vertonen bij een eventuele besmetting. En worden we toch ziek, dan ondersteunt vitamine D3 ons immuunsysteem om de ziekmaker efficiënt te bestrijden.
  • Maar vitamine D3 doet meer. Ze is immers ook op dit front een regulator. We zagen het bij COVID en we zien ook bij het ontstaan van allergieën en auto-immuunziektes: ons immuunsysteem kan ook te alert zijn en blijven doorgaan met aanvallen, ook waar dat niet langer nodig is. Bij COVID kregen we de cytokinestorm, en mensen stierven aan een overactiviteit van het immuunsysteem. Hetzelfde gebeurt eigenlijk bij allergie en auto-immuunziektes: ons immuunsysteem ziet overal vijanden, ook waar die er eigenlijk niet zijn. En het valt maar aan, zonder ophouden. Gevolg: we hebben voortdurend last van steeds zwaardere symptomen en we worden ziek door uitputting (want ons immuunsysteem is een duur systeem, het vraag heel veel energie). Vitamine D3 is bij wijze van spreken niet alleen de ‘aan’-knop van ons immuunsysteem, maar ook de ‘off’-knop, en die is minstens even belangrijk.

… en dus, een supplement!

Een goed vitamine D3 supplement kun je veilig het hele jaar door nemen in een hoeveelheid van 2000 IU (International Units, of in het Nederlands: Internationale Eenheden en dus IE) per dag. Dat is een goede basismaatregel en kan zonder medisch toezicht genomen worden.

Heb je echter klachten zoals hierboven beschreven, vraag dan misschien eens aan je huisarts om de vitamine D-status van je bloed na te gaan. Orthomoleculair wordt aangenomen dat je minimaal 75 nmol vitamine D per liter bloed zou moeten hebben om gezond te kunnen functioneren. Optimaal is een bloedspiegel tussen 75 nmol/L en 150 nmol/L. Je huisarts zal wellicht al tevreden zijn vanaf 30 nmol/L, en misschien heb jij nog minder dan dat. Met zo’n lage bloedspiegel van vitamine D kun je echter onmogelijk optimaal functioneren. Vraag dan aan je huisarts beslist naar extra vitamine D3, of laat je bijstaan door iemand die orthomoleculair geschoold is. Je kunt er veel leed mee voorkomen.

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in.

Geef je gezondheid een boost door regelmatig te bewegen

Vorige keer schreef ik al over wat je zelf kunt doen om je weerbaarder te maken tegen infectieziektes als het coronavirus. Zelf vind ik het ongelooflijk jammer dat er vanuit onze virologen niet meer aandacht gegeven wordt aan een gezonde levensstijl. Als de meeste mensen die op de Intensive Care terecht komen, mensen zijn met obesitas en met diabetes, zou het dan geen goed idee zijn om juist daar iets aan te doen? Als de meeste mensen die sterven aan de gevolgen van het coronavirus mensen zijn met onderliggend lijden, zou het dan geen goed idee zijn om te zoeken naar een alternatief voor de huidige medische aanpak van onze welvaartsziektes? Want dat pilletje dat jij dagelijks neemt om je bloeddruk of het suikergehalte in je bloed of je cholesterol binnen aanvaardbare grenzen te houden, dat geneest niet. Het zorgt er alleen maar voor dat de klachten onder de duim gehouden worden.

In Amerika bijvoorbeeld, maar ook bij onze Noorderburen, komt steeds meer aandacht voor leefstijlgeneeskunde. Het gaat dan om dingen als het aanpassen van je voedingsgewoontes, het zorgen voor voldoende ontspanning en slaap, het gaan voor wat in jou leeft … en het regelmatig bewegen. Over dat laatste schrijf ik vandaag …

Stilzitten wordt wel eens ‘het nieuwe roken’ genoemd

Een kleine schets van het leven van veel mensen vandaag …

‘s Morgens opstaan, je wassen en aankleden en dan ontbijten. Vervolgens een paar stappen naar de auto en dan naar het werk of naar school. Zowel bij een kantoorbaan als op school volgt dan een lange dag van veel zitten. Na de dagtaak met de auto naar huis, wat huishoudelijk werk, en na het avondeten wat ontspanning … in de zetel voor de TV. Toegegeven, dit is een karikatuur, maar dan wel eentje die behoorlijk goed lijkt op het reële leven van veel mensen.

Nu blijkt dat al dat zitten even schadelijk voor ons is als roken. Als je wil weten hoe beweeglijk wij horen te zijn, kijk dan maar eens naar een jong kind. Je kunt zo’n kind niet stilletjes op een stoel of in een zetel laten zitten. Het wil bewegen, en als het speelt is het voortdurend in beweging. Alleen als zo’n kind slaapt, valt al dat bewegen stil. Zo zijn wij mensen bedoeld, zo zit het in onze genen ingebakken. Doen we dat niet, dan gaan alle systemen in ons lichaam op een lager pitje draaien, en dat draait uit op schade van onze vitaliteit.

‘Regelmatig bewegen’ is niet gelijk aan ‘twee keer per week sporten’

Dat bewegen goed is voor onze gezondheid, dat weten we eigenlijk wel. Daarom ook gaan veel mensen één tot een paar keer per week sporten: lopen, fietsen, fitnessen, zwemmen, tennissen. Joepi, da’s goed, da’s winst …

… en toch is het niet dat wat we bedoelen met ‘regelmatig bewegen’. Met dat af en toe eens sporten maak je niet ongedaan wat je je lichaam aandoet met de rest van de tijd dan toch weer zitten. Eigenlijk zou je niet langer dan een half uur mogen blijven zitten. Daarna moet je eerst weer even in beweging komen, vooraleer je weer even mag zitten. Het gaat daarbij niet om ‘sport’, maar om ‘je hele lichaam weer even losmaken’. Je spieren moeten even in actie komen, je bloedsomloop moet een beetje harder gaan, je ademhaling moet wat intenser, … en dat krijg je bij alleen maar zitten allemaal niet.

Bijzonder positief is het als je voor elke maaltijd wat intensiever gaat bewegen. Enerzijds maak je dan de directe reserves van energie op. Je zorgt er dus voor dat er ruimte is om nieuwe energie binnen te laten, zonder dat die ineens maar in je vetcellen gestockeerd moet worden. Anderzijds maak je bij het even uitputten van je spieren ‘lactoferrine’ aan. Die lactoferrine zorgt ervoor dat je lichaam minder gaat ontsteken na een maaltijd. Lactoferrine helpt je immuunsysteem om ziekteverwekkers in je voeding te neutraliseren.

Tips om meer te gaan bewegen

Als jij regelmatig gaat sporten, dan is dat een goede zaak. Maar zoals eerder al aangegeven, het is niet voldoende en misschien ook niet echt noodzakelijk. Veel belangrijker is het dat je vele keren doorheen de dag in beweging komt. Enkele tips om dat soort beweging in je dag in te bouwen:

  • Doe je huishouden zoveel mogelijk zelf. Ook als je al wat ouder bent en hulp krijgt bij het huishouden, blijf je best toch nog een beetje bezig met bijvoorbeeld je eigen potje koken of opruimen en je huis netjes houden.
  • Doe je kleine boodschappen te voet of met de fiets.
  • Maak elke dag een kleine wandeling in je buurt. Parkeer bijvoorbeeld je auto iets verder af als je ergens moet zijn, en doe de rest dan gewoon te voet.
  • Werk regelmatig een beetje in de tuin – en ook dat liever elke dag een half uurtje dan één keer in de week een hele namiddag.
  • Als je bij het opruimen iets naar boven zou moeten brengen, zet het dan niet eerst onderaan de trap. Breng het ineens naar boven. Dat extra traplopen kost je misschien wel wat tijd, maar het is winst voor je gezondheid.
  • Doe af en toe kleine oefeningen:
    • Je eens helemaal uitrekken.
    • Ouderwets je helemaal voorover laten hangen en met je handen de vloer proberen te raken.
    • Even op je hurken gaan zitten – als je dat nog kan!
    • In slowmotion ter plaatste stappen. Dat is niet alleen een goede bewegingsoefening, maar ook een evenwichtsoefening, belangrijk in de valpreventie.

Wie jonger is en meer aankan, mag gerust zijn lichaam verder uitdagen dat wat ik hier aangeef. Maar ook als je ouder wordt en minder kunt bewegen, is het belangrijk je lichaam toch telkens weer uit te dagen een beetje meer te doen dan jij dacht aan te kunnen. Uit eigen ervaring weet ik dat er een weg terug is, van voortdurend pijn hebben en haast niet meer kunnen bewegen naar weer voluit en met plezier kunnen bewegen. Datzelfde wens ik ook jou van harte toe.

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in.

Onderliggend lijden versterkt de symptomen van corona

Iedere keer opnieuw horen we het: onderliggend lijden maakt een reuzeverschil in hoe mensen getroffen worden door het coronavirus. Sommigen raken besmet zonder ook maar een greintje last, anderen worden doodziek en sterven zelfs aan de ziekte. In deze blog wil ik even inzoomen op dat onderliggend lijden. Waarom maakt ‘onderliggend lijden’ in Godsnaam zo’n verschil? En als ‘onderliggend lijden’ inderdaad zo’n verschil maakt, welke weg moeten we dan gaan om dit in de toekomst te vermijden?

Wat valt onder de noemer ‘onderliggend lijden’?

Telkens er sprake is van onderliggend lijden, dan heeft men het over mensen die chronisch ziek zijn, mensen die chronisch zwak zijn. Even een lijstje van mensen aan wie ik dan denk – en nee, dit lijstje is niet compleet:

  • Al wie op dit moment zwaar ziek is, en dus mensen met kanker, met hart- en vaatziekten, met dementie, met diabetes, …
  • Al wie op dagelijkse basis medicijnen slikt, is in wezen chronisch ziek. Ook al voel je op dat moment je ziek zijn niet, zonder die dagelijkse medicijnen zou je dat wel doen. De medicijnen hebben jou niet genezen, ze onderdrukken alleen je kwaal een beetje, zodat jij verder kan. Je gezondheid staat echter wel op een laag pitje.
  • Al wie neigt naar chronisch ziek worden: mensen met zwaarlijvigheid of obesitas, mensen op weg naar diabetes (dat heet: metabool syndroom), mensen met een vervette lever door het drinken van te veel alcohol of het eten van te veel suiker, mensen die vaak last hebben van ontstekingen, …
  • Al wie door angst zijn immuunsysteem en dus zijn zelfgenezend vermogen in de weg staat.

Er wordt wel eens gewezen op het leeftijdsverschil in hoe men op corona reageert. Vanuit bovenstaand lijstje is dat natuurlijk heel makkelijk te verklaren. Hoe ouder je bent, hoe meer ‘onderliggend lijden’ je opgestapeld hebt. Het immuunsysteem van een kind is super alert omdat een kind nog vol levensenergie zit. Naarmate je ouder wordt vermindert die levensenergie vanzelf. En als dan door het jarenlang slikken van medicijnen je zelfgenezend vermogen is lamgelegd, dan word je uiterst kwetsbaar voor de symptomen van corona.

Hoe dan dat ‘onderliggend lijden’ voorkomen?

Om onderliggend lijden zoveel mogelijk te voorkomen, moeten we werken aan een gezonde levensstijl:

  • Gezonde voeding, met volop verse groenten en vers fruit, zo weinig mogelijk geraffineerde producten, zo weinig mogelijk fabrieksvoedsel. Laten we ook weer langzamer eten, beter kauwen en vanzelf ook minder en minder vaak eten.
  • Dagelijks een gezonde portie beweging maakt ook een verschil. Stilzitten wordt ‘het nieuwe roken’ genoemd. Ons lichaam is gemaakt om te bewegen, daag het dan ook af en toe eens uit. Je zult er wel bij varen.
  • Zorg voor voldoende rust en ontspanning. Een goede nachtrust is van levensbelang. Tijdens de nacht draait ons immuunsysteem op volle toeren om alles te checken op ziekte of verval. Groeihormoon raast door ons lichaam heen en herstelt alles wat herstelling nodig heeft. Knibbel je aan je nachtrust, dan knibbel je vanzelf ook aan je gezondheid.
  • Doe iets aan de dingen die je stress bezorgen, en al zeker als die stress chronisch wordt. Bij stress wordt je immuunsysteem – alle troepen dus die ziektekiemen moeten arresteren – op een laag pitje gezet. Dat heeft alles te maken met onze oergenen. Op het moment dat we tegenover een tijger kwamen te staan, was er even geen energie om een bacterie of een virus te verslaan. Dan hielp alleen vechten of vluchten, en daar moest dan alle energie naartoe kunnen gaan. En wij, we zijn dan wel moderne mensen – met moderne vormen van stress -, maar we hebben nog altijd een oerbrein en oergenen!

Dat is wat je individueel kunt doen, en waar je dus zelf helemaal verantwoordelijkheid kunt nemen. Daarnaast zijn er ook maatschappelijke dingen die zouden kunnen:

  • Dat gezonde voeding gepromoot wordt en dus goedkoper wordt dan ongezonde voeding.
  • Dat onze gezondheidszorg veel meer focust op preventie, en er dus voor zorgt dat mensen niet chronisch ziek worden.
  • Dat artsen opgeleid worden om mensen eerst te helpen via een gezonde levensstijl en daarna pas met medicijnen. En oké, soms zijn medicijnen nodig om een leven te redden, maar dan nog zou de arts kunnen wijzen op een gezondere levensstijl om verder onheil te voorkomen.
  • Dat ons onderwijs kinderen aanleert hoe ze gezond kunnen leven, en dat dit niet alleen theorie zou zijn, maar dat kinderen alvast op zo’n manier les zouden krijgen.
  • Dat in de basisbehoeften van ieder voorzien wordt, zodat elk van ons tijd en energie heeft om juist dat te doen wat werkelijk voldoening geeft. Want, geloof het of niet, een gelukkig leven is vaak ook een gezond leven.

Lieve lezer, daar droom ik van, dat we zo’n maatschappij zouden kunnen creëren, waar gezond en gelukkig zijn alle kansen krijgen. Aan de verwezenlijking van die droom wil ik mijn steentje bijdragen.

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in.

GEZONDHEIDWIJZER bij diabetes type 2

Diabetes type 2, ‘t is te zeggen ouderdomsdiabetes of suikerziekte …

Is dit niet een ziekte die wij als ‘normaal’ beschouwen? Die hoort er toch gewoon bij van zodra je wat ouder wordt. Van de dokter of de diëtist krijgt je misschien een paar tips om in je voeding wat suiker te vermijden, … maar men gaat er eigenlijk van uit dat er geen terugkeer mogelijk is. Eerst wordt er nog met pillen gewerkt, en later komen gegarandeerd de inspuitingen met insuline aan de beurt. 

Ouderdomsdiabetes, minder vanzelfsprekend dan wij denken

Toch is diabetes type 2, ook ouderdomsdiabetes genoemd, niet zomaar een noodzakelijk gevolg van het ouder worden. Enerzijds zijn er mensen die tot op hoge leeftijd helemaal geen last hebben van deze ziekte, en anderzijds zijn er jammer genoeg steeds meer jonge mensen – tot zelfs kinderen toe – die lijden aan die zogenaamde ‘ouderdomsdiabetes’. Diabetes type 2 is in de Westerse wereld aan een ongelooflijke opmars bezig. 

Of het ook anders kan? Jawel!

Men heeft in de loop van de laatste honderd jaar natuurvolkeren ontdekt met een ongelooflijk goede gezondheid. Deze gemeenschappen telden verschillende supergezonde honderjarigen. Van cariës, hart- en vaatziekten, kanker … én diabetes was bij deze mensen geen sprake. Van zodra deze volkeren echter overschakelden op onze Westerse voeding, ontstonden ook bij hen alle Westerse welvaartsziekten, inclusief diabetes type 2. Hieraan zie je dat ouderdomsdiabetes meer te maken heeft met voeding en leefwijze dan met ouderdom. Met de juiste manier van leven en eten zou ouderdomsdiabetes dus eigenlijk niet hoeven …

Diabetes type 2 is in de eerste plaats een aandoening die wordt veroorzaakt door een Westers voedingspatroon dat bulkt van de minderwaardige voedingsmiddelen als suiker, snoep, frisdrank, witmeelproducten, junk food, verhitte vetten en kant- en klare maaltijden. Vooral de geraffineerde suikers, die in zowat alle bereide voedingswaren worden toegevoegd, spelen een dominante rol. 

Daarnaast spelen ook onvoldoende beweging en stress een grote rol. Bij beweging verbruik je immers suiker, en dat gaat diabetes tegen. Bij stress daarentegen komt juist extra suiker in de bloedbaan terecht. Je moet immers kunnen vechten of vluchten – althans zo ging dat in oeroude tijden. Vandaag krijgen wij stress, terwijl we moeten blijven zitten – je gaat immers niet zomaar op de vuist of je loopt niet zomaar weg uit een moeilijke situatie. Gevolg: de vrijgemaakte suiker blijft in je bloed … en jij komt weer een stapje dichter bij diabetes.

Ouderdomsdiabetes, een ziekte met heel wat nare gevolgen

Waarom ik ouderdomsdiabetes een venijnige ziekte noem?

Wel, alhoewel de diabetes als ‘eerder normaal bij het ouder worden’ wordt beschouwd, leidt de ziekte op termijn tot heel wat ernstige complicaties. Wellicht weet iedereen zowat dat diabetes ervoor zorgt dat wonden minder gemakkelijk genezen. Je wordt ook minder gevoelig voor pijn. Deze combinatie zorgt er wel eens voor dat tenen of vingers afsterven en geämputeerd moeten worden. Diabetes leidt ook heel makkelijk tot vertroebelen van de ooglens en zelfs tot blindheid. Er kunnen gevoelsstoornissen optreden: tintelingen of een voos gevoel. Je wordt gevoeliger voor infecties zoals schimmelinfecties, abcessen, urineweginfecties, virusinfecties, …

Minder gekend is echter dat diabetes ook de kans op hart- en vaatziekten, herseninfarcten en kanker verhoogt. Wil je ook maar iets doen om deze levensbedreigende ziektes te vermijden, zorg er dan voor dat je geen ouderdomsdiabetes krijgt. En als je al diabetes type 2 hebt, doe er dan alles aan om de ziekte onder controle te houden of zelfs terug te dringen. 

Ouderdomsdiabetes, makkelijk te vermijden of terug te draaien

Het goede nieuws is dat diabetes type 2, anders dan diabetes type 1, te vermijden of terug te draaien valt. Alleen al door het aanpassen van je voedingsgewoontes kun je een sterke daling van je bloedsuikerspiegel bewerkstellingen.

Wat is eigenlijk het probleem? Suikerrijke voeding komt heel vlug de bloedbaan binnen en zorgt daar voor een hevige reactie. Ons lichaam streeft naar evenwicht, en in dit geval gebeurt dit door het hormoon insuline. Onze pancreas produceert insuline, die vrijgegeven wordt als er te veel glucose – da’s een andere naam voor suiker – ineens in het bloed terecht komt. Insuline zorgt ervoor dat de cellen die glucose opnemen.

Als die glucose op dat moment nodig is, omdat je aan het sporten bent, bijvoorbeeld, dan verbruiken de cellen die glucose. Op dat moment is er niks aan de hand. Als de glucose op dat moment echter niet nodig is, wordt die in de cellen omgezet in vet. Jawel, we worden dik door suiker en door het hormoon insuline dat die suiker uit ons bloed moet halen. Nu kan het gebeuren dat het lichaam niet zo goed meer reageert op het hormoon insuline. Als onze cellen te vol zitten en helemaal geen glucose meer willen, dan is er steeds meer insuline nodig om toch nog voldoende suiker uit het bloed te halen. Tot onze pancreas het begeeft: we kunnen onmogelijk nog voldoende insuline aanmaken …

Wat is dan de oplossing? Eigenlijk is het simpel …

Laten we ervoor zorgen dat er veel minder suiker in ons bloed terecht komt. En laten we vooral de suikerpieken vermijden die volgen op het eten van al te suikerrijk of zetmeelrijk voedsel. Om het met een technische term te zeggen: laten we vooral voedsel eten met een lage glycemische index en een lage glycemische lading. Vertaald in gewone mensentaal (en misschien wel een beetje te kort door de bocht) betekent dit: Vermijd enerzijds voedsel waar geraffineerde suiker in zit, zoals koek en snoep en frisdrank, maar ook zowat alle kant- en klare voeding. Vermijd ook een overdaad aan zetmeelrijke producten zoals aardappelen, brood en pasta. 

Wat mag je dan wel eten? Wel, kies volop voor groenten! Varieer daarbij zoveel als je kunt, want elke groente brengt zijn eigen gezondmakende stofjes aan. Fruit mag ook, maar misschien toch een beetje meer met mate. En beperk dan vooral gedroogd fruit en fruitsappen. Als je daarbij dan ook nog kiest voor kwaliteitsvolle eiwitten (en dus geen chapelurevlees of charcuterie, waar ook weer suiker in verschillende versies in zit), ben je al een heel eind op de goede weg. 

Is dit dan niet een hele ommezwaai in hoe en wat we eten? Voor sommige mensen wel, dat geef ik toe. En toch is het niet zo moeilijk. Probeer eens bij de warme maaltijd de aardappelen te vervangen door een tweede soort groenten. Jawel, het wordt makkelijker als je zorgt voor twee soorten groenten. Je krijgt dan minder het gevoel dat je iets mist. Of laat de boterhammen links, en eet in de plaats daarvan groenten (warm of koud of onder de vorm van soep) met daarbij ofwel een stukje kaas, ofwel wat vis of vlees … ofwel een handvol noten, zaden of pitten. ‘t Lekker, ‘t vult goed … en je vermijdt er een bloedsuikerpiek mee!

Zoals je ziet, met een beetje creativiteit kun je jouw gezondheid en die van je tafelgenoten een heel stuk vooruit helpen …

Veel succes!

Kiezen voor echt voedsel

Er was een tijd – de tijd waarin onze overgrootouders leefden – dat voedsel nog gewoon voedsel was. Een appel was een appel, een brood was een brood en vlees was gewoon vlees. Nu moeten we in grootwarenhuizen vaak zoeken naar gewoon voedsel. Zowat 90% van wat er als voedsel verkocht wordt, is kant- en klaar, voorbewerkt, geproduceerd om er goed uit te zien en om lang te bewaren, verpakt in plastic, blik of kartonnen dozen met een aluminium binnenkant, …

Zoveel chemische toevoegingen

Via onze voeding krijgen we ongelooflijk veel chemische (en dus lichaamsvreemde) stoffen binnen: pesticiden, antibiotica, smaakstoffen, kleurstoffen, bewaarmiddelen, glansmiddelen, synthetische zoetstoffen, … Hoe al die stoffen in ons lichaam reageren, weet men eigenlijk niet. Je moet weten dat in 1906 in Amerika een wet is aangenomen (en die wet is achteraf in de hele wereld overgenomen!) dat producenten niet per se moeten bewijzen dat wat zij op de markt brengen niet schadelijk is. Het is eerder omgekeerd: de overheid moet bewijzen dat iets schadelijk is, voordat ze het van de markt kan halen. 

Jaarlijks komen er op die manier zo’n 1000 nieuwe chemische stoffen ons leven binnen. Die zitten niet alleen in voeding, maar ook in pesticiden, bouwmaterialen, verzorgingsproducten, medicijnen, … De overheid heeft tijd noch geld om dat allemaal te checken op gevaar voor onze gezondheid. En zelfs als men dit al voor elk product afzonderlijk zou kunnen doen, dan nog weten we niet wat zogenaamd veilige dosissen van deze producten doen als ze met elkaar een chemische reactie aangaan in ons lichaam. Door sommige medici wordt nu al aangegeven dat heel wat mensen sterven aan vergiftiging zonder dat ze het weten. Een derde tot zelfs de helft van alle kankers zou ontstaan door gifstoffen in ons lichaam. 

Kies voor natuurlijke producten

We kunnen niet alles tegelijk aanpakken, dus laten we eerst eens ons voedsel onder de loep nemen …

Willen we onze gezondheid beschermen, dan kunnen we niet anders dan kiezen voor gezonde voeding. Maar wat is nu ‘gezonde voeding’? Als we de reclame mogen geloven, dan is margarine dé oplossing tegen hart- en vaatziekten, dan zijn ontbijtgranen met toegevoegde vitamines en mineralen een topper, dan is zero-frisdrank een must in de strijd tegen diabetes, … De voedingsindustrie speelt handig in op elke nieuwe kwaal die opduikt in de medische wereld. Ze brengt sterk bewerkte voedingsproducten op de markt met een label van gezondheid. Dat deze voeding op zich al verarmd is (want al te zeer geraffineerd) en zelfs vergiftigd (want wat wordt er niet allemaal aan chemische stoffen aan toegevoegd), daar wordt vanzelfsprekend met geen woord over gerept. 

Ik hou een pleidooi voor natuurlijke producten: 

  • Smeer je graag een beetje vet op je boterham? Geen probleem: kies voor boter (of als je de smaak daarvan niet lust, voor ongeraffineerd kokosvet) en niet voor margarine. Wat de voedingsindustrie je ook wil laten geloven: margarine verbetert je gezondheid echt niet!
  • Appelmoes? Neem gewoon lekkere appels, schil ze, snijd ze in stukken en kook ze tot moes. Vaak hoeft er zelfs niet eens nog suiker bij. Veel gezonder, als je ‘t mij vraagt, dan een pot kant en klare appelmoes die bewaarmiddelen of massa’s suiker nodig heeft om nog eetbaar op je bord te kunnen belanden.
  • Eet je graag wat vlees? Kies dan voor een stukje ‘echt’ vlees i.p.v. voor iets wat geprepareerd is en in paneermeel verpakt zit. Je vermijdt er een hoop kleur- en smaakstoffen mee.
  • Blijf ook absoluut van charcuterie af, want wat daar allemaal in zit, wil je zelfs gewoon niet weten …
  • Fruityoghurt of platte kaas? Kies een goede kwaliteit pure yoghurt of platte kaas en voeg daar stukjes vers fruit of fruitpuree aan toe. Zalig lekker!
  • Koekjes of taart? Waarom niet eens zelf de keuken in duiken en met bloem, boter, melk, eieren en suiker aan de slag? Je zult een lekkerder en gezonder resultaat bekomen. En als je jezelf zo ver kunt brengen dat je alleen zelfgemaakt lekkers eet … dan zul je er wellicht ook een pak minder van eten dan je nu doet!

Eigenlijk is het simpel. Vraag je bij elke voedselkeuze af of je een meer natuurlijk alternatief kunt vinden. Op die manier geef je je lichaam heel wat meer verse vitamines, mineralen en andere gezondmakers én vermijd je er een hoop toxische stoffen mee. Een gulden regel hierbij is: Eet niet wat je overgrootmoeder niet als voedsel herkend zou hebben!

Kies voor biologisch voedsel

Ja, inderdaad, kies pas in tweede instantie voor biologisch voedsel. Zoals je wel zult weten, kost biologisch voedsel meer dan regulier gekweekt voedsel. En juist daarom vind ik het knettergek om alles wat we gewoonlijk kopen nu ook allemaal biologisch te gaan kopen. Ik vind er meer heil in om eerst eens ‘grote kuis’ te houden in wat ik allemaal eet, om daarna te proberen wat overblijft ook biologisch aan te kopen. Zo vind ik het absoluut een goed idee om groenten, fruit, kaas en vlees in de bio-winkel aan te schaffen. Cake of koekjes maak ik liever zelf, de ingrediënten daarvoor kies ik dan weer uit het bio-assortiment. 

Waarom biologisch? Wel, er zitten hoe dan ook veel minder chemische toevoegingen in. Groenten en fruit bevatten minder gifstoffen en meer fytonutriënten. Deze laatste zijn kruidige stoffen, als het ware de immuniteit die de plant zelf opbouwt tegen insekten, ruspen en slakken, bacteriën, virussen, schimmels, … En het zijn juist deze stoffen die ook onze gezondheid een boost geven. Bio-vlees bevat geen hormonen noch antibiotica, die aan regulier gekweekte dieren preventief gegeven worden. Grasgevoederde dieren zullen ons minder allergieën bezorgen dan met maïs en soja gevoederde dieren. Aan bio-brood wordt geen broodverbeteraar toegevoegd, …

Biologisch voedsel is natuurlijk minder makkelijk te vinden dan regulier geteeld voedsel. Alhoewel, … onze grootwarenhuizen spelen ondertussen gretig in op de bio-trend die in gang is gezet. De diverse warenhuizen bieden alvast een basis aan biologische producten. Verder zijn er natuurlijk ook de bio-grootwarenhuizen en -winkels, waar we voor meer dingen terecht kunnen en er ook een grotere keuze hebben in het assortiment. En tot slot zijn er de bioboeren die op boerenmarkten, in coöperatieven of op de boerderij zelf hun producten aan de man brengen. Wie een beetje moeite doet, vindt vast wel wat hij zoekt!

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in. 

Ook gezondheidsbegeleiders mogen weer aan het werk

Jawel, vanaf maandag 8 juni mogen ook gezondheidsbegeleiders weer aan het werk. Da’s goed nieuws voor ons, die weer aan de slag mogen. Da’s ook goed nieuws voor jullie, die misschien niet willen wachten op vaccins en goed werkende medicijnen tegen corona, maar nu al preventief aan gezondheid willen werken. Weet dan dat ikzelf en mijn collega’s gezondheidsbegeleiders voor je klaar staan.

In deze blog zet ik op een rijtje op welke manier wij, gezondheidsbegeleiders, jou in deze fase van het coronagebeuren op weg kunnen helpen. Maar vooraleer ik van start kan gaan, moet ik je eerst ook nog iets vertellen over onze voorzorgsmaatregelen:

  • We werken enkel op afspraak en er mag slechts één cliënt tegelijk bij ons binnen.
  • We vragen ook dat jij je afspraak afbelt als je ziektesymptomen vertoont.
  • Zelf zorgen wij voor de nodige hygiëne: voor iedere cliënt verse handdoeken, ontsmetting van materialen, het wassen van onze handen voor en na behandeling, … (Maar dat deden we eigenlijk altijd al.)

En dan nu een aantal zaken waarvoor je zeker bij ons terecht kunt in deze ‘na-corona-tijden’ …

Angst voor corona, nu alles herbegint

Niet alleen corona doet wat met een mens, maar ook de angst om besmet te raken. Als ik rondom me kijk, dan doet wat ik zie zelfs vermoeden dat de angst voor corona op dit moment meer slachtoffers maakt dan corona zelf. Misschien voel jij je ook niet helemaal gerust nu jij en de mensen rondom weer meer met anderen in contact komen. Misschien voel je in bepaalde situaties wel iets als paniek opduiken. Misschien was jij zo vaak je handen en je kledij dat het op smetvrees begint te lijken, …

En nee, je hoort me niet zeggen dat alle voorzorgsmaatregelen nu maar ineens de deur uit moeten. Het is en blijft zinvol je op een passende manier te beschermen, maar het kan niet de bedoeling zijn dat je voortdurend in angst leeft. En juist om dat goede evenwicht tussen veilig en toch vrij te vinden, zijn een combinatie van de juiste Bachbloesems een zeer zinvol hulpmiddel.

Spanningen of zelfs pijn in je lijf

Heel wat mensen waren de voorbije maanden thuis aan het werk, aan de computer. Wie dat op een verstandige manier heeft aangepakt en tussen het werken door af en toe eens in beweging kwam, zal daar misschien niet zo heel veel last van ondervonden hebben. Maar ik weet wel zeker dat er heel wat anderen zijn, die ondertussen meer dan anders last hebben van pijn in de rug, de nek, de schouders, de ellebogen, de polsen, de handen. Misschien kreeg je zelfs last van spanningshoofdpijn.

Wel, weet dat mijn collega’s en ik ‘gouden handen’ hebben. Met dieptemassage masseren wij de spanning en de pijn bij je weg. Als die pijn pas sinds het begin van de coronacrisis is ontstaan, dan krijgen we wellicht al vlug resultaat. Als de klachten al langere tijd voordien voelbaar waren, dan is er misschien wel wat meer tijd nodig, maar ook bij chronische klachten kan de pijn sterk verminderen. Ervaring heeft mij alvast geleerd dat dieptemassage wonderen doet!

Voetreflexologie geeft je gezondheid een boost

In de voeten – net zoals in de handen, op de oren en ja, zelfs op de tong – zitten reflexpunten en gebieden van je hele lichaam. Een goede voetreflexoloog geeft dan ook je hele lichaam een gezondheid bevorderende boost. Geblokkeerde energie wordt weer vrijgemaakt, vitaliteit gaat weer stromen doorheen je hele lichaam. Je zelfgenezend vermogen gaat weer op volle toeren draaien … en juist dat is nodig om corona en andere virussen en bacteriën met succes te lijf te kunnen gaan.

Nu de vakantie er toch een beetje anders uit zal zien dan anders, is het misschien geen slecht idee je lichaam op een unieke manier, met een deugddoende, revitaliserende én ontspannende voetreflexmassage te verwennen.

Over obesitas en diabetes en andere chronische klachten

Het kan je niet zijn ontgaan dat de meeste coronaslachtoffers gevallen zijn bij mensen met onderliggende klachten: kanker, hart- en vaatziekten, reumatoïde artritis, diabetes, obesitas, … Jammer genoeg zijn heel veel mensen chronisch ziek. We beseffen dat vaak niet eens, want veel mensen met chronische klachten lijken niet eens ziek. De symptomen van hun ziekte worden gewoon levenslang onderdrukt met medicijnen. Vergis je echter niet, neem je medicijnen, dan ben je ziek! Punt !!!

Hier kunnen gezondheidsbegeleiders – in samenwerking met jou en met je arts – wel degelijk veel betekenen. Met aangepaste voeding, voedingssupplementen en kruiden én met het veranderen van ongezonde leefstijlgewoontes kunnen die chronische klachten vaak gekeerd worden.

Twee grote toppers zijn obesitas en diabetes type 2. Het goede nieuws is dat ze beide echt ‘leefstijlziektes’ zijn, en dus ook met een gezondere leefstijl teruggedraaid kunnen worden.

Over je schouder laten meekijken, nu je andere keuzes wil maken

En, last but not least, wellicht heb jij ook gevoeld hoe anders het leven was tijdens de coronalockdown. Geen rush van hot naar her, geen dagelijkse files naar en van het werk, geen voortdurend vullen van alle vrije tijd, … maar rust, wandelen en fietsen, genieten van zoveel kleine dingen.

En misschien denk jij nu: ‘Zoals het voordien was, zo wil ik het niet meer.’ Wel, ook hierin kunnen wij, gezondheidsbegeleiders, jou een stukje mee begeleiden. We hebben geleerd met mensen mee te kijken op zoek naar een meer vervullend leven. We hebben geleerd te horen achter jouw woorden naar wat er werkelijk toe doet. We hebben geleerd jou te helpen bij het ontwaren van waar het in jouw leven om draait … zodat jij betere keuzes kunt maken voor jouw toekomst.

Voila, lieve mensen, zoals je ziet kunnen wij – gezondheidsbegeleiders – heel wat betekenen in deze verwarrende tijden. We kunnen je helpen je gezondheid een boost te geven. Vanaf 18 mei staan ook wij weer helemaal paraat. En jij, je bent van harte welkom, als je dat maar weet …


Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in. 

Suiker, de zoete boosdoener (deel 2)

Herinner je je nog dat ik je vorige keer – in het eerste deel over suiker als boosdoener – vertelde dat we tegenwoordig zo’n 60 kg suiker eten per persoon per jaar? Niet te geloven, hé, dat ieder van onze zo’n 60 pakken van 1 kg suiker per jaar naar binnen werkt? Wel, deze keer vertel ik je meer over hoe we dat wel degelijk doen …

Zichtbare suikerconsumptie

Wij, mensen, zijn van nature zoetekauwen. Echt waar, dat hebben we mee sinds we in oeroude tijden ons bestaan vonden. We zijn er, van in onze genen, op gericht om zoet en vet en zout tot ons te nemen, zoveel als we kunnen, om te overleven.

In de natuurlijke omgeving waar we als oermens in leefden was dat een belangrijke tool om als soort te kunnen blijven bestaan. We aten fruit, zoveel als we konden, als het er het seizoen voor was. We snoepten honing als we die konden vinden. Ook knolgewassen gaven wel eens een extra energieke boost. Daarnaast probeerden we vette vis te vangen, aten we vlees mét het randje vet, roofden we eieren uit de nesten van de vogels, enz.

Je hoort het me vertellen: Als dat voorhanden was … én na de nodige moeite om het te verkrijgen. Want zeg nu zelf: die oermens moest heel wat meer moeite doen dan wij, die wekelijks onze boodschappen doen, en daarna niet verder dan naar de voorraadkast, de frigo of de diepvries moeten lopen. Geen dagenlange jacht, geen verzamelen van plantaardig voedsel, geen moeite om een vuurtje aan te krijgen én aan te houden. Hoe eenvoudig kan het leven zijn …

En de combinatie van zoet, vet en zout ligt gewoon voor het grijpen: zoete en zoute koekjes, allerlei lekkers van bij de bakker, confituur en choco en speculoospasta voor bij de boterham, frisdranken en fruitsappen. Het kan gewoon niet op! Je moet al heel taai zijn om, tegen je genen in, niet naar al deze verleiders te grijpen als je gaat winkelen.

… en onzichtbare suikerconsumptie

Het staat er met onze suikerconsumptie echter nog slechter voor, nog veel slechter dan alleen maar het bewust eten van zoete dingen. De voedingsindustrie heeft weet van onze menselijke hang naar zoet. En dus gaat ze aan zowat elke vorm van ‘fabrieksvoedsel’ suiker toevoegen.

Aan soep uit blik of brik wordt net die hoeveelheid suiker toegevoegd die mensen dat tikkeltje meer doet eten. Mayonaises en dressings zijn ‘vetarm’ gemaakt, maar om smaak toe te voegen, wordt suiker ingezet. Zowat alle charcuterie bevat toegevoegde suikers. Brood zonder suiker vind je amper nog in de rekken. Kant en klare groenten hebben hun portie suiker in de bereiding meegekregen.

Suiker, suiker, suiker!

En toch blijkt dat niet zomaar uit de etiketten van wat we kopen. Vaak staat suiker niet eens op het etiket, of toch minstens niet op een belangrijke plaats. Dat komt omdat er wel 50 verschillende namen voor suiker bestaan. Wist jij dat dextrose, glucose, fructose, sucrose, sacharose, maltose, HFCS, agavesiroop en ahornsiroop, druivensuiker, maltodextrine, vruchtensapconcentraat, rijststroop, speltstroop en tarwestroop een paar van de namen zijn die je op etiketten kunt vinden en die allemaal gewoon ‘suiker’ betekenen? Bij sommige voedingsproducten staan wel 3 of 4 verschillende namen voor suiker op het etiket. Wedden dat, als je die hoeveelheden bij elkaar zou optellen, suiker een veel groter percentage van je voedsel zou uitmaken?

Suiker ondermijnt de gezondheid!

Al die toegevoegde suikers – vaak in combinatie met ongezonde vetten en een teveel aan zout – doen onze gezondheid absoluut geen goed. De kwalen obesitas en diabetes swingen de pan uit. Het aantal hart- en vaatziekten vermindert niet ook al is zowat ieder van ons van een bepaalde leeftijd af aan de cholesterolverlagers. Kanker en dementie, beide op een specifieke manier aan suiker gerelateerd, nemen alsmaar toe.

Willen we dus van onze welvaartskwalen af, dan is de terugkeer naar ‘natuurlijk voedsel’ een belangrijke tool. Eet weer vers fruit en verse groenten. Grijp naar écht vlees en échte vis, en niet naar dingen die daar amper nog op lijken. Kies voor volkoren brood met een zekere stevigheid (met nog veel vezels in, en dus niet alleen maar donker gekleurd met o.a. koffie).Sta weer in de keuken, bereid meer en meer zelf je eten en grijp niet te vlug naar kant-en-klaar. Kortom: Eet zoals de natuur het heeft bedoeld. Dat komt je gezondheid absoluut ten goede!

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in. 

%d bloggers liken dit: