Een fruit- en groentekuur

Vorige keer had ik het over een lenteschoonmaak, en in dat artikel beloofde ik je een vervolg. Ik zou je leren hoe je zelf een fruit- en groentekuur kunt houden. Wel, vandaag is het zover …

Als het goed zit, heb jij dus drie tot vijf weken ‘feestverlof’ in je agenda genoteerd. Het gaat erom dat jij je die hele tijd aan de kuur kunt houden, met zijn goede afbouw en zijn geleidelijke opbouw naar weer normaal voedsel. Het komt immers echt niet goed als je na een weekje alleen maar groenten en fruit in geringere hoeveelheden ineens een feestmaaltijd met aperitiefhapjes vol kaas, veel vis en vlees, romige sauzen en frieten of kroketten naar binnen kapt. Ik kan je verzekeren, dat wordt een nachtje ‘WC-pot’.

Tot slot, voor we er echt aan beginnen, nog dit: Het is bijzonder aan te raden om de hele tijd van je kuur, vanaf de eerste dag van de afbouw tot en met de laatste dag van de opbouw, een kuurdagboek bij te houden. Daar noteer je enerzijds in wat je precies eet en drinkt, hoeveelheden (ruw geschat) en tijdstippen waarop je eet inbegrepen. Anderzijds noteer je ook wat er met je gebeurt. Wat gebeurt er met je lichaam? Wat gebeurt er met je humeur? Waar krijg je last van? Wat voelt juist goed aan? Waar hunker je naar? Wat mis je helemaal niet? Van zo’n kuurdagboek kun je veel leren over je verslavingen en over voedsel dat jou eigenlijk niet zo goed bevalt.

De (lange) eerste dag

Op de eerste dag van de kuur gaat alle ‘junk’ eruit:

  • Genotsmiddelen zoals drugs, alcohol, sigaretten, koffie, zwarte thee.
  • Frisdranken, fruitsappen en alle andere dranken die geen water of kruidenthee zijn.
  • Alles wat suiker of zoetstoffen bevat: koekjes, taart, chocolade, …
  • Alle kant- en klare voedingsproducten, van pizza tot soep uit blik of brik, van chips tot lasagne. Jawel, de hele kuurperiode werk je met verse producten die jij of je huisgenoten zelf klaarmaken.

Een afzonderlijk woord moet gezegd over medicijnen. Zo’n fruit- en groentekuur haalt toxische stoffen uit je lichaam weg. Medicijnen voegen jammer genoeg toxische stoffen toe. Het zou dus het beste zijn als je tijdens de kuur ook zo weinig mogelijk medicijnen zou slikken. Echter, neem je medicijnen op doktersadvies, dan mag je die nooit zonder overleg met je arts stopzetten. Ben je dus van plan om een reinigingskuur te doen, bespreek dat dan in elk geval ook met je arts.

Een ander ding is het met medicijnen die je op eigen houtje slikt. Die laat je best voor de hele kuur in je medicijnenkastje. Accepteer de signalen die je lichaam je geeft (pijn, diarree, algehele malaise, …) als deel van de kuur. Weet dat deze ongemakken vanzelf overgaan in de mate dat de kuur vordert.

Die allereerste dag van je fruit- en groentekuur kan een gerokken dag, een lange eerste dag worden. Ik bedoel dat voor sommige mensen – mensen wellicht die nog heel veel van die ‘junk’ binnenkrijgen en zich misschien voor het eerst aan een reinigingskuur wagen – die eerste stap al zo groot kan zijn, dat er ineens al heel wat ongemakken optreden: hoofd- en gewrichtspijn, misselijkheid, braken en diarree, een wit beslagen tong, riekende adem, meer puistjes, een gevoelige lever, …

Liever blijf je bij deze eerste stap, desnoods de hele kuurperiode lang, dan te vlug over te schakelen naar het vervolg. Pas als je voelt dat je lichaam verder kan, zet je ook een volgende stap. Immers, zolang je lichaam reageert, is de reiniging bezig, en dat is goed!

Het vervolg van de afbouwperiode

Vanaf dag één begin je ook de hoeveelheid voedsel die je tot je neemt te verminderen. Dat doe je op verschillende manieren:

  • Eet langzamer en kauw langdurig op het voedsel dat je eet. Neem alle tijd om het voedsel ook helemaal te proeven. Zonder dat je het beseft, zorgt dit ervoor dat je minder eet. Het is immers zo dat er na 20 minuten vanzelf een verzadigingsgevoel optreedt. Eet je langzamer, dan komt dat gevoel voordat je maag helemaal vol zit.
  • Eet slechts drie keer per dag: ontbijt, middagmaal, avondmaal. Laat alle tussendoortjes wegvallen.
  • Als het gaat, eet dan bewust niet tot je je helemaal voldaan voelt. Dat lukt geleidelijk aan beter, want je maag past zich dag na dag een beetje meer aan aan die kleinere hoeveelheden.

Op de derde dag gaan vlees en vis en vleesvervangers eruit. Vlees en vis zijn sterk verzurende voedingsmiddelen, en bij een overdosis aan zuurvormend voedsel worden vaak restanten van die zuren opgestapeld in spieren en gewrichten. Doordat er minder zuren geproduceerd worden, krijgen die opgeslagen zuren nu de kans om los te weken. Dat kan tijdelijk wat extra last geven: hernieuwde gewrichtspijnen, hoofdpijn, vermoeidheid, sterk ruikende adem, donkere urine, diarree. Wat je in deze omstandigheden het beste kunt doen is dit te laten gebeuren. Drink vooral voldoende water, neem op tijd rust en leg regelmatig wat warmte op je leverstreek (net onder je ribben, aan de rechterkant).

Vanaf dag vijf schrappen we ook alle zuivelproducten uit het menu: geen melk, geen yoghurt of kaas, geen eieren of boter meer. Tot slot gaan op dag zeven alle granen én ook aardappelen eruit.

De eigenlijke kuurweek

Op dag zeven van de voorbereidingsweek begint dus de eigenlijke kuur. Ik geef je voor die één of twee weken nog enkele tips mee.

  • In principe mag je alle soorten groenten en fruit eten gedurende deze periode. Echter, sommige mensen hebben last als groenten en fruit in één maaltijd gegeten worden. Zelf eet ik het liefste ‘s morgens één of twee stukken fruit en tijdens de andere maaltijden alleen maar groenten.
  • Zorg ervoor dat je maaltijden niet ‘saai’ worden. Ik merkte al dat het veel minder moeilijk is om alle ‘niet groenten en niet fruit’ weg te laten als ik zorg voor een variatie op mijn bord. Als je bijvoorbeeld zorgt voor wat rauwkost en twee soorten klaargemaakte groente, dan zien je hersenen dat veel makkelijker als een complete maaltijd, en dan komt er ook minder weerstand.
  • Gebruik bij je groentemaaltijden altijd wat vet: olijfolie (liefst biologisch en van eerste, koude persing) bij koude groenten, kokosolie (ook liefst van biologische kwaliteit) om je groenten in te stoven. Vet maakt immers dat de vitamines A, D, E en K beter doorheen de darmwand opgenomen kunnen worden. En vet geeft ook smaak aan je voedsel.
  • Experimenteer volop met verse en gedroogde kruiden om smaak toe te voegen aan je groenten. Gebruik liever geen kant- en klare bouillonblokjes, want die bevatten dan weer allerlei stoffen die in een kuurweek niet thuishoren. Zout mag, maar wel met mate.
  • Ook olijven, zongedroogde tomaten, kappertjes, zilveruitjes en augurken kunnen als smaakmakers gebruikt worden, op voorwaarde dat er geen suiker gebruikt is bij de bereiding ervan. Ook hier biedt een bioshop je de beste kansen op succes.

Normaal gezien ga je je tijdens deze periode steeds beter voelen. De grootste vervuiling is je lichaam uit, en nu komt volop energie vrij. Blijf voldoende water drinken, denk ook aan beweging in de vrije natuur, neem voldoende rust en ondersteun je lever regelmatig met warmte.

Ik geef je nog één belangrijk aandachtspunt mee voor deze fase van je reinigingskuur. Als je merkt dat je je na een maaltijd wat ongemakkelijk voelt, alsof wat je at niet zo goed verteert, ga dan na wat je hebt gegeten. Het zou wel eens kunnen dat iets uit je maaltijd voor jou niet zo’n goed voedingsmiddel is. Het gaat dan niet om een ‘slecht voedingsmiddel’, het is alleen dat jij het niet zo goed verdraagt. We spreken dan van intolerantie. En dat kan echt met om het even wel voedingsmiddel gebeuren. Ikzelf had het voor met appel. Zoals je ziet, het spreekwoord ‘An apple a day keeps the doctor away’ geldt voor mij dus niet.

En dan nu het moeilijkste: terug opbouwen naar ‘gewoon’

Deze periode hoort even lang te duren als de eigenlijke kuur. Eén week kuur vraagt om één week opbouw. Tien dagen kuur vragen om tien dagen opbouw. Twee weken kuur vragen om twee weken opbouw.

We bouwen ook op in de omgekeerde volgorde van de afbouw. Als eerste mogen dus granen en aardappelen er weer bij. Vervolgens komen de zuivelproducten aan de beurt. Daarna mogen ook vlees en vis en dat soort dingen er weer bij. En tot slot …

Ja, tot slot … mag misschien ook af en toe weer een beetje van die ‘junk’ erbij. Je begrijpt echter vast wel dat het niet de bedoeling is om al die dingen in dezelfde hoeveelheden als voorheen weer aan je menu toe te voegen. Kies uit deze groep wat je echt lekker vindt en dus af en toe nog eens wilt proeven. Laat definitief weg waar je geen nood meer aan hebt.

Bij de groep van vlees en vis raad ik je aan om meer te kiezen voor ‘zuivere’ voedingsmiddelen. Vermijd zoveel mogelijk de bewerkte producten. Laat bijvoorbeeld de fijne vleeswaren en vlees of vis verpakt in een chapelure-jasje uit je voedingspatroon weg.

Zuivel is niet voor iedereen goed verteerbaar. Dat zul je merken als je voor het eerst weer melk of kaas aan je voedingspatroon toevoegt. Blijven die lang op je maag liggen en krijg je er darmlast van, weet dan dat jij tot die groep mensen behoort die last hebben van lactose- of caseïne-intolerantie. Wees dan blijvend matig met deze dingen. En weet dat gefermenteerde melkproducten zoals yoghurt, platte kaas en kefir vaak makkelijker verteren.

Voeg je granen weer aan je menu toe, kies dan voor de volkoren granen. Zij bevatten meer voedingsstoffen dan de verarmde geraffineerde granen. Krijg je last bij het eten van granen, dan kan er sprake zijn van een intolerantie voor gluten. En wat betreft de aardappelen, ik hoop dat je gemerkt hebt dat je eigenlijk best zonder kunt. Leer van nu af aardappelen zien als één van de mogelijke groenten, en die lang niet meer elke dag te eten.

Doorheen het opnieuw toevoegen van al deze dingen mag je geleidelijk aan ook de hoeveelheid voedsel weer een beetje normaliseren. Echter, niet alles hoeft er weer bij, wellicht at je voordien echt toch wel wat te veel …

Graag toch een beetje ondersteuning van buitenaf?

Je leest het, echt moeilijk is zo’n fruit- en groentekuur niet. Toch kunnen er momenten komen waarop je graag wat ondersteuning krijgt. Misschien durf je er in je eentje niet aan te beginnen. Misschien voel je je op bepaalde dagen wat minder goed en begin je te twijfelen of die kuur wel zo’n goed idee voor je was. Misschien heb je toch nog vragen of wil je gewoon je ervaringen delen.

Bij al deze dingen kan een gezondheidsbegeleider met ervaring in het begeleiden van reinigingskuren je verder helpen. Daarom hier nog even een verwijzing naar de site van de Gezondheidsbegeleiders

 

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in. 

Lenteschoonmaak

Er was een tijd waarin elke huisvrouw tegen Pasen een lenteschoonmaak deed. Ik weet niet of jij dat nog doet, maar ik helaas niet meer. Bij mij komt zo’n uitgebreide schoonmaak eerder ergens in de grote vakantie, na de eventuele werken die ik in huis wilde doen. Pas daarna maak ik het hele huis weer schoon, zodat het er weer een jaartje tegen kan …

Nu denk jij waarschijnlijk: dit is toch een website in verband met gezondheid. Wat heeft een lenteschoonmaak in hemelsnaam van doen met gezondheid? Wel, ook je lichaam vraagt om schoonmaak, en inderdaad, de lente is een ideale periode daarvoor!

Lenteschoonmaak voor je body

Geloof het of niet, maar net zoals het gaat in je huis, gaat het ook in je body. Ongemerkt blijft hier wat liggen en daar stapelt zich iets op en op nog een andere plek kom je helaas zo weinig aan poetsen toe … tot er uiteindelijk te veel ‘vuil’ blijft liggen. Plots zie je, voel je, merk je dat er iets moet gebeuren.

Bij je lichaam begint het met een zekere vermoeidheid die niet overgaat, met een paar kilo’s die erbij geslopen zijn, met een pijntje hier en daar, met een klacht die maar aansleept. Ook de winterblues en de voorjaarsmoeheid zijn in wezen tekenen aan de wand dat er vervuiling is opgetreden.

Nu vraag jij je wellicht af waar die vervuiling vandaan komt. Wel, ons lichaam is een ‘fabriek’ die voedsel omzet in energie. Daarbij worden vanzelfsprekend ook afvalstoffen geproduceerd. Als alles gaat zoals het hoort, zouden die afvalstoffen dag na dag afgevoerd moeten worden, via uitademing, stoelgang, urine, transpiratie, huidschilfers, talg, oorsmeer, … Vrouwen hebben zelfs een extra uitlaatklep: de maandelijkse menstruatie.

Soms echter is er meer nodig dan dat. Dan krijg je huiduitslag of puistjes of zweren of een loopneus of tranen die zomaar komen of diarree of super donkere urine. Het gaat allemaal om extra uitscheiding van toxines. En soms is ook dat nog niet genoeg. En dan wordt het teveel aan toxines ‘tijdelijk’ opgeslagen in ons lichaam. Het lichaam is wijs en doet dat op de minst schadelijke plekken: in onze vetcellen, in onze gewrichten, in onze spieren.

Op onze dagen komt het vuil lang niet alleen meer van ons eigen metabolisme. Wij krijgen nogal wat toxische stoffen binnen via onze omgeving: we ademen vuile lucht en fijn stof, we drinken toch niet helemaal zuiver water, we eten pesticiden en bewaarmiddelen en kleurstoffen en smaakmakers, we behandelen ons huis en onze huid met chemische reinigers, we slikken medicijnen, enzovoort, enzovoort, enzovoort.

Je begrijpt dat wij dagelijks helaas veel meer toxische stoffen binnenkrijgen dan we op een etmaal weer kwijtraken. Het gevolg daarvan is dat we met z’n allen geleidelijk aan dikker, moeër, zieker worden. En juist daar kan zo’n lenteschoonmaak wonderen verrichten.

Allemaal goed en wel, maar hoe begin je eraan?

Wel, vandaag schets ik je de grote trekken. In een volgende blog ga ik hier veel dieper op in, zodat je zelf aan de slag kunt met een matige reinigingskuur. Ik begeleid je dan naar een groenten- en fruitkuur.

Wil je straffer aan de slag – met een sapkuur of een echte vastenkuur – dan raad ik je aan om je te laten begeleiden. Dat kan individueel, bij een gezondheidsbegeleider met ervaring met vastenkuren. Dat kan in groep, in een georganiseerd initiatief. Google je maar eens op ‘sapkuur’ of ‘vastenkuur’. Je vindt vast wel iets.

Maar goed, wil je een reinigingskuur doen, dan is het eerste wat je moet doen ‘tijd vrijmaken’. Je hebt minstens drie weken nodig waarin je geen verplichtingen hebt wat betreft eten. Geen feestjes dus, geen bruiloften, geen kroegentochten of kaas- en wijnavonden of wat dan ook. Wil je de eigenlijke kuur twee weken laten duren, dan heb je vijf weken ‘feestverlof’ nodig. Het klinkt misschien gek, maar het allerbelangrijkste om je kuur te doen slagen, is de planning van deze kuur in je agenda.

Dat plannen heeft een tweede voordeel. Je kiest er dan als het ware nu al voor om ‘dan’ te investeren in je gezondheid. Je programmeert daardoor je mindset op iets positiefs, nl. het winnen van gezondheid. Je plant het niet in als iets negatiefs, nl. het tijdelijk niet meer alles mogen eten. Die positieve kijk is van het allergrootste belang. Als jij ervan overtuigd bent dat je jezelf ermee tekort doet, dan zal die kuur zijn gezondheidsbevorderende doel missen. Als jij er echter van overtuigd bent dat je iets doet wat goed voor je is, dan zul je er ook de positieve gevolgen van ervaren: je zult je – na een moeilijke beginfase – fitter gaan voelen, je zult beter slapen, je zult wat kilo’s kwijtraken, …

Zo’n reinigingskuur bestaat telkens uit drie delen:

  • De eerste week ga je afbouwen. Dat wil zeggen dat je geleidelijk aan alles uit je voedingspatroon weglaat wat niet tot het kuurvoedsel behoort. Dit is een heel belangrijke fase en het is ook de lastigste fase. Doe je dit goed, dan zorg je ervoor dat je minder last krijgt van hongergevoel, van misselijkheid, van hoofdpijn, van algehele malaise … Wie deze geleidelijke afbouw van voedsel niet doet, loopt heel veel kans op een zogenaamde ‘vastencrisis’. En ik kan je garanderen, die wil je beslist vermijden!
  • De tweede en eventueel ook derde week doe je dan de eigenlijke kuur. Dat kan een fruit- en groentenkuur worden. Dan eet je tijdelijk alleen maar fruit en groenten, in kleinere hoeveelheden. Het kan ook een sapkuur worden. Dan lepel je alleen maar een paar keer per dag een glaasje groenten- of vruchtensap naar binnen. Het kan ook een echte vastenkuur worden. Dan laat je even alle voedsel voor wat het is. Je drinkt alleen water en kruidenthee. En daar doe je het dan mee. Die laatste twee vragen extra begeleiding, zeker als je ze voor de allereerste keer doet. Aan een fruit- en groentenkuur mag je je, na wat extra uitleg in een volgende blog, in je eentje wel wagen.
  • In de laatste week / weken van de kuur ga je terug opbouwen, naar een nieuw en gezond eet- en leefpatroon. Als het goed ging, ben je in de afgelopen weken afgekickt van toch wel wat ongezonde gewoontes. Misschien rookte je of dronk je te veel alcohol, misschien snoepte je toch wel wat te veel, misschien was je voortdurend aan het snacken, zonder zelfs maar te beseffen dat je aan het eten was. Je begrijpt dat het de bedoeling is de meest ongezonde gewoontes definitief uit je leef- en eetpatroon te weren.
    Men zegt wel eens dat de opbouw na een kuur even lang hoort te duren als de kuur zelf. Dat betekent dat, als je twee weken bezig was met je fruit- en groentenkuur, je ook twee weken de tijd moet nemen om geleidelijk aan weer te wennen aan een normaal eetpatroon. In ieder geval gaat het erom dat je niet ineens weer gaat overeten. Daarom moet je tijd nemen om van ‘kuur’ weer over te schakelen op het nieuwe ‘normaal’.

Zin om het zelf ook eens te proberen? Over twee weken krijg je van mij veel meer praktische informatie. Wat je nu al kunt doen, is het plannen van die drie of vijf weken ‘feestverlof’ in je agenda.

Dit artikel maakt deel uit van GEZONDHEID-WIJZER door Hilde Ryckewaert, Consulent Natuurlijke Gezondheidszorg. Wil jij ook tweewekelijks de GEZONDHEID-WIJZER in je mailbox krijgen, vul dan onderstaand formulier in. 

%d bloggers liken dit: